Author: koen

  • Speelstraten tijdens de paasvakantie

    (persbericht)

    (foto: Jonathan Ramael)

    In heel wat Antwerpse districten organiseren bewoners speelstraten tijdens de paasvakantie. In die 25 speelstraten in 6 districten wordt de straat tijdelijk autoluw gemaakt om zo het speelterrein van de buurtkinderen te worden.

    Een ‘speelstraat’ betekent dat een straat een tijdlang wordt omgetoverd tot een paradijsje voor de jongste stadsbewoners. Voor een of meerdere dagen is de straat overdag van hen: ze kunnen er dan vrij en veilig fietsen, rolschaatsen, spelletjes doen met de buurkinderen, krijten op het asfalt,… . Ook ouders en buren krijgen de kans om elkaar te ontmoeten en beter te leren kennen.

    De straat wordt tijdelijk afgesloten voor gemotoriseerd verkeer met speciale afsluitingen. Er kan spelmateriaal ontleend worden bij het district of de stad, en het district voorziet een klein budget voor hapjes, drankjes of bijkomend spelmateriaal.

    Een aanvraag moet voldoen aan een aantal voorwaarden. Onder andere dat er voldoende bewoners akkoord zijn, en dat de straat een geldende maximumsnelheid van 30 km/u heeft en niet op de route van openbaar vervoer gelegen is.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “Ook tijdens de paasvakantie kunnen weer heel wat Antwerpse bengels stoom aflaten in een speelstraat, de ideale oplossing voor kinderen (en hun ouders) die geen tuin of terras hebben thuis.”

    Tijdens de paasvakantie staan er in totaal 25 speelstraten gepland, in zes van de negen districten. De duur varieert van een dag tot twee weken.

    • District Antwerpen: 9 speelstraten
    • Borgerhout: 3
    • Deurne: 7
    • Ekeren: 1
    • Hoboken: 1
    • Wilrijk: 4

    Bijkomend, op de Buitenspeeldag, de woensdag na de vakantie (19 april), zijn er 14 extra speelstraten:

    • District Antwerpen: 1
    • Borgerhout: 3
    • Deurne: 10
  • Godjumenas!

    (toespraak bij de jaarlijkse Semini-viering aan Het Steen)

    Goeiemorgen iedereen,

    En welkom terug, op een jaarlijks weerzien met Semini en met elkaar.

    Mooi dat we deze traditie in leven kunnen houden. Alle lof daarvoor voor de vrijwilligers van de vzw Aksie.

    Ook felicitaties aan de Antwerpse Stadstrommelaars die dit jaar hun 125ste verjaardag vieren.
    Dames en heren, Semini leeft!

    Hier, onder deze poort en onder Semini, passeerden in 2022 maar liefst 300.000 bezoekers.

    Al die mensen zien het beeldje hier boven de poort, ze zien ook het kunstwerk van Sharon Van Overmeiren.

    Ik heb horen waaien dat Semini in september aansluit bij Open Monumentendag, ook zo’n gelegenheid om een nieuw publiek aan te boren, ook van buiten Antwerpen.

    En ook van horen waaien; het idee om misschien een glasraam in de wandelzaal van het stadhuis aan Semini te wijden.

    Semini op ’t Schoon Verdiep, wie weet?

    En nu citeer ik graag uit de Aksie Nieuwsbrief, het voorwoord van de voorzitter, Philippe Van den Heuvel:

    ‘Onze Semini-viering groeide uit tot een vaste waarde in de Antwerpse folklore en haar cultureel immaterieel erfgoed. Vaste waarde waar steeds meer en meer met respect naar wordt gekeken.’

    En de voorzitter schrijft dan het volgende:

    ‘Respect dat bv in 1993 niet aanwezig was; toen onze viering niet mocht plaatsvinden wegens niet passende in de culturele hoofdstad van onze stad Antwerpen. Respect dat nu wel ervaren. Bij de renovatie van Het Steen, bij onze stadsgidsen, bij het lokaal bestuur in Antwerpen.’

    Dames en heren, JA!, tradities zijn er om in ere te houden.

    We leven in tijden waarin dat niet vanzelfsprekend is.

    Tijden waarin portretten van grote Antwerpenaren, die de geschiedenis van onze stad schreven, zonder boe of ba in de kelder geparkeerd worden omdat ze blijkbaar niet passen in de tijdsgeest. Op basis van huidskleur, stel u voor.

    Ik zou zeggen: Godjumenas!

    Iedereen hier aanwezig weet dat Semini ooit ook slachtoffer was van zeloten, die vonden dat ze de zuiverheid in eigen persoon waren.

    Vorig jaar zei ik het reeds in het woordje dat ik hier uitsprak; en ik herhaal het heel graag: Semini brengt ons samen.

    Semini brengt ons de lente. De krans boven de poort van het Steen past in een verhaal van vruchtbaarheid en voorspoed.

    Lang leve Semini, leve de lente, leve Antwerpen!

     

  • Stad breidt dropzones voor deelvoertuigen uit naar Deurne

    (persbericht)

    Stad Antwerpen startte twee jaar geleden met het afbakenen van gebieden waar gebruikers hun deelvoertuig niet mogen parkeren (no park zones) samen met gemarkeerde zones waar gebruikers het voertuig móeten parkeren (dropzones). Uit ervaring blijkt nu dat de combinatie van grote no park zones met daarin voldoende dropzones de hinder van gestalde deelvoertuigen sterk verlaagt. Daarom rolt de stad het komende jaar extra no park en dropzones uit, met de focus op winkelgebieden en wijken die kampen met overlast door deelvoertuigen. Vanaf komende zomer is het winkelgebied in Deurne-Noord aan de beurt.

    Het gebruik van deelvoertuigen zonder vaste stalplaats, zoals fietsen, bromfietsen en steps, is de laatste jaren sterk gestegen. De exploitatie van deze deelsystemen is gereglementeerd door de stad, om de openbare orde en veiligheid te vrijwaren en een wildgroei en overaanbod te voorkomen. Het reglementvoorziet dat de stad zones kan vastleggen waar het verboden is om deelsteps en -fietsen of -bromfietsen te gebruiken (no go zones) of achter te laten (no park zones), of waar het aangeraden of verplicht is om ze te stallen (dropzones).

    Vijf dropzones in Deurne-Noord 

    Ter hoogte van onderstaande locaties worden de nieuwe dropzones gemarkeerd:

    • Frank Craeybeckxlaan 5;
    • Turnhoutsebaan 79;
    • Gallifortlei 1;
    • Gallifortlei 63;
    • Te Couwelaarlei 120.

    Van zodra alle dropzones zijn uitgevoerd, wordt het winkelgebied daar een no park zone.

    De stad monitort de zones via data van de aanbieders, en evalueert voortdurend op welke locaties er meer moeten komen.

    Verschillende soorten dropzones 

    De stad zal op deze plekken verschillende soorten dropzones voorzien: voor gemengd gebruik (step, fiets en/of bromfiets) of per voertuigtype (enkel voor step, enkel voor fiets, enkel voor bromfiets). Ze worden vormgegeven via witte kaders op de grond met het woord ‘dropzone’ en een pictogram van de toegelaten voertuigen, met een infobord ernaast. De zones voor een specifiek voertuigtype hebben verticale vakken om de stallingsrichting en het aangewezen aantal aan te geven.

     

  • Sterke resultaten in Antwerpse horecameting

    (foto: Victoriano Moreno)

    (persbericht)

    Stad Antwerpen voerde in 2022 opnieuw een gedetailleerde horecameting uit en bevestigt haar toppositie als horecastad. Het terreinonderzoek dat de stad uitvoerde brengt het aanbod aan horeca in Antwerpen in kaart en vergelijkt het met de vorige metingen in 2010, 2013 en 2017. Het rapport toont sterke cijfers, met een uitbreiding van horecagebieden die lokaal verankerd zijn, een groeiende dichtheid en een vernieuwing van het aanbod door nieuwe trends en horecaketens.

    ‘De meting van de Antwerpse horecakernen 2022’ is een terreinonderzoek naar het aanbod in de horecakernen van de stad. Het onderzoek brengt dit aanbod in kaart en vergelijkt het met de vorige metingen in 2010, 2013 en 2017. Aan de hand van de cijfers uit dit rapport ziet men wat de dichtheid is en of de mix in evenwicht is. Die inzichten gebruikt de stad om haar beleid optimaal vorm te geven.

    Horecakernen

    In de meting van 2022 is de stad opgedeeld op in 15 horecakernen, dat zijn gebieden die aan enkele voorwaarden voldoen. Er moeten minstens 10 actieve horecapanden gevestigd zijn, meer dan 30 % van de commerciële panden moet horeca zijn en van alle panden moet in meer dan 20 % een horecafunctie gevestigd zijn.

    De 15 horecakernen zijn:

    1. Historisch Centrum
    2. Centraal Station
    3. Zuid
    4. Eilandje
    5. Theaterbuurt
    6. Sint-Jansplein
    7. Schipperskwartier-Koepoort
    8. Zurenborg
    9. Bolivar-Troonplaats
    10. De Coninckplein
    11. Studentenbuurt
    12. Lange Lobroek-Dam
    13. Boomgaardstraat-De Koninck
    14. Sportpaleis
    15. Sint-Anneke

    Ten opzichte van vorige metingen zijn er in 2022 drie nieuwe horecakernen toegevoegd aan het onderzoek: De Coninckplein, Bolivar-Troonplaats en Boomgaardstraat-De Koninck.

    Het grootste horecagebied blijft het Historisch Centrum. De metingen tonen aan dat dit gebied zelfs nog blijft groeien, met ondertussen al 326 gevestigde horecazaken. Op de tweede en derde plaats volgen omgeving Centraal Station en het Zuid.

    Stijging horecadensiteit

    De dichtheid, het aantal horecazaken tegenover het totaal aantal panden, stijgt over alle kernen heen met 1.5%. Die gunstige evolutie toont aan dat de clustering van horeca in de kernen groeit.

    Lokale verankering

    Het rapport toont aan dat horeca zich verspreidt doorheen de stad en zo vaker een lokaal publiek bereikt, zoals het geval is bij de nieuwe kern Boomgaardstraat-De Koninck. Het lokale aanbod zorgt voor een goede commerciële mix, maar ook voor sociale controle in sommige wijken.

    Een positief neveneffect zijn de vele samenwerkingsverbanden met plaatselijke winkels die hieruit voortvloeien. In de kernen Eilandje en Schipperskwartier-Koepoort bijvoorbeeld geven de cijfers aan dat een stijging van het aantal horecazaken gepaard gaat met een stijging van het aantal winkels in de buurt.

    Schepen voor horeca Koen Kennis: “Ik heb dat al vaker gezegd, ik geloof in kruisbestuivingen tussen verschillende sectoren. Wat goed is voor de horeca, is goed voor de retail, en vice-versa, en is finaal goed voor Antwerpen. In heel wat van die horecakernen verenigen de ondernemers zich ook en dat maakt het ook makkelijker om met de stad in dialoog te gaan bij een heraanleg of wanneer zij samen iets willen organiseren.”

     

    Nieuwe trends

    Het klassiek horeca-aanbod, zoals café’s of tavernes, maakt plaats voor enkele nieuwe trends. Zo is er de opkomst van ‘fast casual’, met een groeiend aantal takeaway zaken. In 11 van de 15 kernen stijgt dit type in aantal, in de Lange Koepoortstraat bijvoorbeeld is die evolutie duidelijk merkbaar. De nieuwe trends spelen in op de huidige noden van de consument: meer trendgevoelig, snel en goedkoop, maar daarom niet per definitie ongezond.

    Schepen voor horeca Koen Kennis: “Dit soort zaken zorgen voor beleving en kleur in onze straat. Antwerpen is dus niet enkel een stad van sterrenrestaurants en bekende chef-koks. Streetfood uit Zuid-Korea; sandwichbars met eigen gepekelde groenten of suikervrije zoetigheden, we hebben het hier allemaal.”

    Horecaketens

    De stad telt de laatste jaren een groeiend aanbod van horecaketens en nieuwe concepten in Antwerpen. Het bedrijfsmodel van dergelijke ketens speelt in op de markt door een betaalbaar en belevenisvol aanbod te voorzien. Het openen van meerdere filialen is voor eigenaars vaak ook een kostenefficiëntere manier van bedrijfsvoering.

     

    Meer info over de resultaten en het volledige rapport staat op https://www.antwerpen.be/info/meting-van-de-antwerpse-horecakernen. ​

  • ‘Verbeter de wereld, begin in Antwerpen’

    (toespraak bij de ingebruikname van 100 elektrische voertuigen in dienst van DHL City Hub Antwerpen)

    Lintje knippen met minister Lydia Peeters, Christophe Vaessen (Shell Belgium), Danny Van Himste (DHL Express BeLux), Peter Bertin (FORD BeLux).

     

    Goeiemorgen iedereen,

    Welkom in Antwerpen mevrouw de minister, beste bedrijfsleiders hier aanwezig, persmedewerkers ook,

    Dames en heren,

    Hoewel het aandeel van vrachtvervoer in de stad een relatief klein aandeel in het totale wegverkeer vertegenwoordigt, heeft het een grote impact op de bereikbaarheid, leefbaarheid en verkeersveiligheid binnen de stad.

    Vandaag ligt de klemtoon op de leefbaarheid. De elektrificatie van het wagenpark van DHL hier is een belangrijk signaal.

    Een signaal dat wij als stad omarmen, in onze tocht naar een CO2-neutrale stad.
    Dames en heren,

    Wat stedelijke logistiek betreft rolt de stad Antwerpen verschillende projecten uit.

    Daarvoor riepen wij wat wij noemen een ‘Marktplaats voor Mobiliteit’ in het leven. Die aanpak heeft in het verleden al bewezen dat tijdelijke projecten kunnen uitgroeien tot structurele, permanente en duurzame projecten op lange termijn.

    Op deze manier ontstaat een broeihaard voor initiatieven die de druk op het logistieke systeem verlicht. Als stad willen wij private marktpartijen stimuleren en ondersteunen om het stedelijke logistieke systeem een meer efficiënte invulling te geven. Waar nodig, kunnen wij optreden als actieve partner.

    Zo werken we ook aan een door de markt gedragen vrachtroutenetwerk.

    We evolueren naar een vrachtrouteplanner die automatisch routes genereert die kwetsbare locaties (scholen, woonstraten…) zoveel mogelijk vermijdt. Dit heeft voordelen op vlak van verkeersveiligheid en efficiëntie. Binnen de Vervoerregio Antwerpen is de stad partner in ‘Scale Up’, nog zo’n interessant project over vrachtroutes.

    De stad doet graag aan matchmaking;  de vraag en het aanbod van mobiliteitsdiensten tussen private marktpartijen koppelen.
    Dames en heren, de stad Antwerpen heeft de praktische inzichten van de ondernemers nodig.

    Dit is een leerproces voor iedereen. Door jullie feedback te ontvangen kan Antwerpen inspelen in de noden en quick wins van de snel evoluerende markt.

    Ik weet dat DHL hier reeds lange tijd werkt met cargobikes voor leveringen in de stad. We zien ook steeds meer particulieren die bakfietsen gebruiken voor boodschappen en personenvervoer,  met deelaanbieder Cangaroo.  Nu zijn er deze E-busjes voor de grotere leveringen.

    Dat is goed, een stad heeft een mix van vervoersopties nodig.

    Verder merken we op dat er testprojecten met waterstof (BMW) bezig zijn in de haven, wat voor grotere vrachtwagens een interessante piste kan zijn.

    Deze mix van vervoerstypen en brandstoffen versterken mijn gevoel dat de stad samen met de sector een duurzame en bereikbare toekomst tegemoet gaat.

    Samen sterk, samen slim. Partners in duurzaamheid.

    Ik zou willen zeggen; ‘Verander de wereld, begin in Antwerpen.’

    En specifiek aan DHL wil ik zeggen: ‘Let’s roll!’

     

  • Slimme schakels: stad zet verdere stappen voor uitrol

    (persbericht)

    Stad Antwerpen wil het gebruiken en combineren van duurzame vervoerswijzen stimuleren, onder meer door de uitbouw van slimme schakels of mobipunten. Het doel is om de eerstkomende jaren verschillende bestaande mobiliteitsknooppunten te verbeteren met onder andere fietsenstallingen, duidelijke bewegwijzering en herkenbare signalisatie, en nieuwe aan te leggen.  

    De vervoerregio, stad Antwerpen en de districten duidden samen circa 130 locaties als slimme schakel aan, verspreid over het grondgebied van de stad. De indeling gebeurt in vier categorieën al naargelang de locatie en de aangeboden verbindingen: interregionaal, regionaal, lokaal en buurt.

    Uniforme en herkenbare bewegwijzering

    Uitdagingen zijn onder andere om de mobiliteitsknooppunten beter in te richten, en de verschillende vervoersmodi zo dicht mogelijk bij elkaar te brengen. Om de drempel van het overstappen te verlagen en de reiziger duidelijk te maken welke diensten aanwezig zijn, krijgt elk knooppunt bewegwijzering naar waar de verschillende vervoersmogelijkheden zich bevinden.

    Daartoe werden duidelijke ontwerprichtlijnen opgesteld die het stadsbestuur nu goedkeurde. Die zullen voor uniformiteit en duidelijkheid in de bewegwijzering zorgen, wat de herkenbaarheid en het vertrouwen in de knooppunten ten goede moet komen.

    In een eerste fase worden vijf proeflocaties uitgewerkt, namelijk Operaplein, Olympiade, Mediaplein en Antwerpen-Centraal in district Antwerpen en Bist in district Wilrijk. Het voorbereidend werk voor deze locaties is al opgestart. Deze eerste vijf locaties zullen gefaseerd uitgerold worden zodat het project kan worden geëvalueerd en bijgesteld waar nodig.

    Vijf nieuwe, overdekte fietsenstallingen  

    Het fietsgebruik zit in de lift en fietsers kiezen ook steeds vaker voor duurdere modellen. Om fietsen nog verder te stimuleren, zal de stad bij een deel van de slimme schakels afgesloten fietsenstallingen met groendak installeren. Ze zijn in de eerste plaats bedoeld voor reizigers/bezoekers, die op deze strategische locaties kunnen overstappen op een andere vervoersmodus.

    Het Antwerpse college keurde de plannen goed voor de inplanting van al vijf dergelijke fietsenstallingen. Op basis van deze plannen wordt vervolgens een aanvraag van omgevingsvergunning ingediend. De effectieve plaatsing gebeurt ten vroegste in juni. De locaties die voorliggen zijn:

    1. Schoonselhof (20 fietsen)
    2. Station Luchtbal (40 fietsen)
    3. P+R Olympiade (40 plaatsen)
    4. Zwaantjes (10 plaatsen)
    5. Bist (20 plaatsen)

    De stad onderzoekt nog meer locaties waar nieuwe inplantingen mogelijk zijn.

    Koen Kennis, schepen voor mobiliteit: “Deze fietsstallingen worden handig, veilig en functioneel, en met hun groendaken worden het bovendien echte blikvangers. De locaties hebben we zorgvuldig gekozen om overstappen van vervoersmiddelen te vergemakkelijken.” 

    Antwerpse Hoppinzuil 

    Op Vlaams niveau worden de mobiliteitsknooppunten Hoppinpunten genoemd. De plaatsing van een herkenbare ‘hoppinzuil’ is door het Vlaams Gewest verplicht om aanspraak te kunnen maken op de gewestelijke subsidies voor de realisatie ervan. Stad Antwerpen deed in samenspraak met het Vlaams Gewest een ontwerpoefening om deze zuil visueel aansluiting te laten maken op de huisstijl van stad Antwerpen. Het resultaat is de Antwerpse Hoppinzuil. Het Vlaams Gewest gaat akkoord met het gebruik van deze Antwerpse Hoppinzuil als alternatief voor de standaard Hoppinzuil.

  • Antwerpen is ‘proper oep z’n eigen’

    (toespraak op het Ethias Event, donderdag 9 maart 2023 in het MAS, Antwerpen)

    Goeienavond iedereen,

    Welkom hier in het MAS.

    Dank en felicitaties aan Ethias om ons hier samen te brengen,
    dank aan u, aanwezigen, om tijd te maken om elkaar hier te zien.

    Ik hecht groot belang aan avonden als deze. Hier kunnen lokale beleidsmakers, parlementsleden, burgemeesters en schepenen, bestuurders van overheidsbedrijven,  CEO’s en CFO’s informeel van gedachten wisselen en netwerken.

    Dames en heren,

    Ik weet dat Antwerpenaren vaak verweten wordt chauvinist te zijn, en ik zal de laatste zijn om dat te ontkennen. Maar als grootste stad van Vlaanderen mogen we af en toe wel eens van ons laten horen, zeker als we iets te vertellen hebben.

    Als schepen voor financiën moet ik mijn handtekening zetten onder de meerjarenplannen van de grootste stad van Vlaanderen.

    Ik trap een open deur in als ik zeg dat die plannen deze legislatuur extra zorg nodig hadden, en dan zeker de herzieningen.

    Eerst was er de coronacrisis die de hele samenleving tot stilstand dwong.

    Daarna de start van de oorlog in Oekraïne, ‘met alle gevolgen vandien’ zoals dat heet.

    Stijgende energieprijzen, inflatie, loonkosten die de pan uitswingen, met aan de horizon een grote pensioenlast die opdoemt. En daar zit ook de link met Ethias uiteraard, als beheerder van onze 1ste pensioenpijler.

    Die coronacrisis zijn we in Antwerpen goed doorgekomen,
    dankzij de inzet van onze zorgsector en de solidariteit van onze bewoners,
    en door als stadsbestuur snel te schakelen.

    Twee dagen na de eerste lockdown reserveerde het college 50 miljoen euro voor maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. Op dat ogenblik was uiteraard nog niet duidelijk hoe lang de maatregelen zouden moeten aangehouden worden.

    In totaal trok het stadsbestuur voor het coronafonds 65 miljoen euro uit.

    Dankzij dit fonds loodsten we het sociaal-economische weefsel in Antwerpen intact door de crisis.

    En toen kwam de volgende crisis.

    Ik denk dat ik mag spreken voor mijn collega-schepenen en de burgemeesters hier aanwezig.

    De gevolgen van de stijgende energieprijzen en de directe impact van de versnelde indexering van de lonen wegen op de budgetten van alle lokale overheden.

    Wie voorheen geen voorzichtig financieel beleid voerde, voelt de crisis des te harder.

    Onze laatste aanpassing van de meerjarenplanning was er 1 waarin Antwerpen de tering naar de nering zette.

    Er is een Antwerpse uitdrukking die zegt ‘hij is proper oep z’n eigen’.

    Dat betekent zoveel als dat iemand goed voor zichzelf kan zorgen.

    Dames en heren, verantwoord bestuur, of het nu gaat om een lokale overheid of over een openbaar bedrijf, begint met kritisch kijken naar de eigen organisatie.

    Antwerpen voert een voorzichtig financieel beleid.
    Dat heeft ons verlost van de curatele van de Vlaamse regering waar we onder stonden, en dat heeft ons door de coronacrisis geloodst zonder putten te graven.

    Datzelfde kan van de federale overheid niet gezegd worden.

    De overheidsschuld van België is zo groot dat het zich geen crisis meer kan veroorloven – het gegoochel met cijfers en letters tussen premier De Croo en staatssecretaris voor begroting Eva De Bleeker enkele maanden geleden kan dat niet verbergen.

    Vlaanderen is de enige deelstaat die een begroting in evenwicht kan neerleggen, de andere overheden lijken zich bij de feiten neer te leggen.

    Dames en heren, de Vlaamse Regering noemt de lokale overheden investeringsorganen bij uitstek.

    In Antwerpen liggen ambitieuze plannen voor ongeveer 2 miljard investeringen klaar. Vlaanderen vertrouwt de lokale besturen, wel: Antwerpen zal dat vertrouwen niet beschamen.

    Ons recept is:
    de stad financieel gezond houden
    daar te investeren waar er nood aan is
    onze eerdere beloften nakomen
    onze burgers niet nog meer belasten
    geen schulden maken voor volgende generaties.

    Zo eenvoudig kan het inderdaad zijn.

    Daarmee wil het Antwerpse stadsbestuur de stad leefbaar, bereikbaar, veilig zal houden, klaar om de economische motor van Vlaanderen te blijven.

    Dames en heren, ik kijk samen met u uit naar het vervolg van deze avond.

     

  • De Oscars voor de Deurnese ondernemers

    (toespraak op het Gala van de Deurnese Ondernemer van het Jaar in kasteel Rivierenhof, vrijdag 10 maart 2023)

    Trotse schepen en trotse ondernemers: ‘Lifetime Achievement Award’: Carine, Billie en Woody van IJssalon Pinguin – Herentalsebaan. (foto door Stefan Lambrechts)

    Goeienavond iedereen,

    Welkom in dit fraaie decor, een decor dat past bij de gelegenheid: de onderscheiding van de ondernemers van het jaar in Deurne.

    Het doet mij als schepen voor middenstand erg veel plezier om zulke initiatieven te zien ontstaan.

    Het wijst op betrokkenheid, het wijst op fierheid, het wijst op goesting, het wijst op de drang om beter te doen.

    Allemaal ingrediënten die een ondernemer nodig heeft om succesvol te zijn.

    Het wijst ook op een onderliggend netwerk. Dat is een pluim op de hoed van de mensen die deze avond in elkaar steken, de lokale economieraad van Deurne.

    Dank daarvoor. Een goed georganiseerd netwerk van handelaren is goud waard voor district en stad, en finaal ook – en dat is toch uiteindelijk het allerbelangrijkste – voor jullie klanten.

    ‘Beste Vrouwelijke Ondernemer’: Tessa Mariën van Leonidas Deurne – Gallifortlei. (foto Stefan Lambrechts)

    Dames en heren,

    ik wijs graag op enkele zaken die actueel zijn in Deurne en relevant voor de lokale middenstand.

    Als ‘ondernemen vooruit kijken’ is, dan  is een stad besturen dat net zo goed.

    Ik kijk met u naar 2030. Dat is ver vooruit, en toch ook maar 7 jaar verder.

    In 2030 zullen de stad en Deurne-Noord verbonden zijn door de inplanting van Ringpark Het Schijn. Niet langer dat lelijk, lawaaierige viaduct aan het Sportpaleis, maar een groene corridor over een gedeeltelijk overkapte ring. Zie ook dit artikel.
    De tram moeten dan doorgetrokken zijn over de Bisschoppenhoflaan. De Ten Eekhovelei wordt de toegangspoort tot dat nieuwe Ringpark Het Schijn, dat naadloos zal overgaan in het Rivierenhof.

    Deurne-Noord krijgt met andere woorden een ongelofelijke kwaliteitsinjectie voor iedereen die daar woont en werkt.

    De Frank Craeybeckxlaan, hier vlakbij, zal een plein worden met tal van overstapmogelijkheden, een slim mobiliteitspunt, met nieuw groen. We plannen ook 2 nieuwe buurtparkings daar, 1 nieuwe werd recent nog opgeleverd.

    Ik weet dat werven vaak voor overlast zorgen. Je kan geen omelet bakken zonder eieren te breken, wordt dan gezegd.

    ‘Meest Duurzame Onderneming’: Ruth Vanreusel en collega van RICO Lab – Cogelsplein. (foto door Stefan Lambrechts)

    Ik weet dat dit ook speelt op de Herentalsebaan, waarvan het laatste deel voorbij AZ Monica aangepakt wordt.

    Ik dring aan bij De Lijn op een zo kort mogelijke werfperiode en dit met behoud van alle tramlijnen. Als schepen voor mobiliteit en dus ook als minister van mobiliteit draag je verantwoordelijkheid voor de impact van werken.

    Wie naar het reeds heraan gelegde deel kijkt, weet dat het de moeite waard zal zijn. Sinds kort is ook parking Keteleer vernieuwd en uitgebreid van 47 naar 105 plaatsen. Aansluitend op de bijgestuurde plannen voor de Arenawijk is ook besloten parking Arena aan de Herentalsebaan te behouden.

    Daar, op de Herentalsebaan, is de samenwerking met de handelaars trouwens voorbeeldig. Een voorbeeld voor alle winkelstraten.

    Dames en heren, ik weet dat er werkpunten zijn.

    Ik heb tijdens de coronacrisis gezien / gemerkt hoe weerbaar het ondernemersweefsel is in deze stad. Samen zijn we er doorgekomen. Meer dan ooit maakte die crisis duidelijk dat samenwerking loont.

    Beste Starter’: Proficiat aan Barbele en Benjamin van Foodmaker Deurne – Sportoase Park Groot Schijn. (foto door Stefan Lambrechts)

    En dan kom ik terug bij mijn beginpunt:
    goed dat deze avond er is,
    goed dat hier straks enkele mensen in de bloemetjes gezet zullen worden,
    goed om elkaar beter te leren kennen

    Morgen is ’t weer werkendag, maar vanavond is het feest. Het feest van de Deurnese ondernemers. Ik wens de laureaten nu al proficiat, en blijf met veel plezier nog even in jullie gezelschap.

  • Stad gaat voor maximale overkapping noordelijke Ring

    (persbericht)

    Een mogelijk toekomstbeeld van het Ringpark Het Schijn met bijkomende overkapping Schijnvallei. ©Omgeving en De Urbanisten

    Het Antwerpse stadsbestuur besliste in samenspraak met Vlaanderen om vijf extra overkappingen te voorzien op de Ring, voor de Ringparken Groenendaal, Lobroekdok en Het Schijn. Door deze uitbreiding met een totale lengte van 1,2 kilometer zal er op de noordelijke Ring nog heel wat extra openbare parkruimte bijkomen.

    Stad Antwerpen en Vlaanderen gaven de opdracht aan Lantis om de haalbaarheid van de reserveleefbaarheidsprojecten van De Grote Verbinding te bepalen. De gevraagde onderzoeken werden afgerond en daaruit blijkt dat de extra overkappingsstukken een zeer positieve bijkomende impact zullen hebben op de leefbaarheid in deze zone. Daarom werd beslist om ze effectief uit te voeren.

    Vijf extra overkappingen

    Deze vijf projecten komen er bovenop de 18 leefbaarheidsprojecten die reeds beslist waren in 2018.

    • Kap Groen Hart 
      ​De meest noordelijke overkapping van de R1 verbindt bestaande parken in Merksem en Luchtbal. Deze kap is 450 meter lang en heeft twee passerelles over de treinsporen. Ze zorgt voor aanzienlijke leefbaarheidsbaten: reductie van groentekorten op wijkniveau, reductie van de geluidshinder en een lichte verbetering van de luchtkwaliteit.
    • Verlengde Kap Dam
      ​Een verlenging (50 meter) van de overkapping van de noordwestelijke hoek zorgt vooral voor een betere verbinding binnen het park aan beide zijden van de sleuf.
    • Kap Kalverwei 
      ​Een 60 meter brede overbrugging van de Ring halverwege de sleuf aan het Lobroekdok. Die laat een netwerk van de routes binnen het park toe en verankert de kortste routes tussen de binnen- en buitenzijde van de Ring.
    • Kap Schijnvallei 
      ​Door de noordelijke rijrichting van de Ring hier 590 meter te overkappen wordt de geluidshinder in het ringpark en in de aanpalende woonwijk aan de Ten Eekhovelei. gereduceerd. Deze kap biedt ook een nuttige bijkomende park-oppervlakte langs het smalste segment in het Ringpark en zorgt voor betere fietsverbindingen over de overblijvende bovengrondse wegen.
    • Verlengde Kap Hof Ter Lo
      Een uitbreiding in zuidelijke richting van 90 meter geeft een positief effect op de luchtkwaliteit (2,1 hectare) en geluidskwaliteit (3,2 hectare). Het zorgt ervoor dat Kap Hof Ter Lo bereikbaar wordt vanuit Borgerhout.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “We bewijzen hier dat mobiliteit en leefbaarheid hand in hand gaan, meer zelfs: elkaar kunnen versterken. Een bereikbare stad is een stad waar het goed leven en werken is. Hiermee maken we Antwerpen klaar voor de toekomst.”

    Maximale overkapping noordelijke Ring

    De beslissing om deze reserveleefbaarheidsprojecten mee op te nemen zorgt voor een stabiel en zeker uitvoeringskader van de Oosterweelverbinding en de eerste fase leefbaarheidsprojecten in deze zone. Er is dan nadien geen nood meer aan bijkomende ontwerpwijzigingen, extra leefbaarheidsprojecten of overkappingen in de projectzone R1-Noord. Vlaanderen en stad Antwerpen kunnen op die manier hun engagement nakomen voor de maximale overkapping ter hoogte van de Oosterweelverbinding. Het afsprakenkader tussen overheden en burgerbewegingen is dan voor wat betreft de Ring ter hoogte van de Oosterweelverbinding volledig gehonoreerd. Het project is dan volledig geoptimaliseerd op de balans mobiliteit-leefbaarheid. Samengevat, de uitvoering kan gebeuren volgens de principes van het Toekomstverbond, mét maximale overkapping.

    Deze bijkomende overkappingen geven significante bijkomende leefbaarheidswinsten, zoals hierboven opgesomd (geluid, lucht, groentekorten). Vanuit het standpunt van sociale veiligheid in de parken, zorgen de grote circulatie en verbindingen tussen de verschillende delen voor een belangrijke verbetering, ze versterken de dwarse verbindingen en doen de Ring zo maximaal mogelijk vergeten.

    Alle info over De Grote Verbinding is te vinden op www.degroteverbinding.be.

     

  • Procedure voor Scheldebrug voor fietsers en voetgangers wordt verder uitgewerkt

    Mogelijk toekomstbeeld van de fietsers-en voetgangersbrug over de Schelde. ©Omgeving & SBE

    (persbericht)

    Het Antwerpse stadsbestuur besliste, in navolging van de Vlaamse Regering, om de procedure voor de Scheldebrug verder uit te werken. Dat is de voorkeursvariant voor een bijkomende voetgangers- en fietserskruising van de Schelde in het kader van De Grote Verbinding. Als alles vlot verloopt kan dit najaar het concrete bestek afgerond worden, zodat in de eerste helft van volgend jaar de aanbesteding kan starten.

    Binnen het Toekomstverbond werd in juni 2018 een ‘vaste oeververbinding’ als een van de 18 leefbaarheidsprojecten geselecteerd om zowel de (verkeers)leefbaarheid als de modal shift in de Antwerpse regio te verbeteren.

    De stad werkt, tezamen met De Vlaamse Waterweg nv, de procedure voor de Scheldebrug nu verder uit, volgens de modaliteiten beslist door de Vlaamse regering eind december vorig jaar. Samen met Vlaanderen worden de gunningsprocedure en -documenten opgezet, volgens de aanbestedingsvorm ‘Design Build Maintain’ (DBM). Daarbij worden het ontwerp, de bouw en het onderhoud in één enkel contract aanbesteed en toevertrouwd aan een marktpartij of een consortium van marktpartijen.

    Onderzoeken 

    De keuze van de Scheldebrug als voorkeursalternatief voor de Scheldekruising voor fietsers en voetgangers zorgde voor een aantal bezorgheden bij verschillende stakeholders: zowel fietsersorganisaties, nautische gebruikers als stroomopwaarts gelegen watergebonden bedrijven hadden hun specifieke bedenkingen bij een (deels beweegbare) brug als voorkeursalternatief.

    De Vlaamse Waterweg nv onderzocht, in samenwerking met stad Antwerpen en Team Intendant en in overleg met de stakeholders deze opmerkingen.

    Een mobiliteitsstudie wees uit dat het Scheldekruisend fietsnetwerk met Scheldebrug voldoende robuust is, en ook een hogere bijdrage levert aan de modal shift dan systemen met een veer of kabelbaan. Een aanvaringsrisicoanalyse bevestigde het vooropgestelde brugconcept en het nut van de mitigerende maatregelen voorgesteld door DAB Loodswezen. Een analyse van de scheepvaart van en naar de stroomopwaartse bedrijven leerde dat de brug een operationele en economische impact heeft. Die kan echter gedeeltelijk opgevangen worden door onder meer het voorzien van een uitneembaar brugdeel.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “De Scheldebrug zal een enorme bijdrage leveren voor de modal shift van stad en regio. Ze zal aantakken op een reeks nieuwe fietsverbindingen in alle windrichtingen, en tegelijk het sluitstuk zijn van een heuse fietsring rond Antwerpen.”

    Er zijn momenteel nog een aantal technische voorbereidende studies lopende; andere worden nog opgestart met het oog op de realisatie van het brugproject.

    Gunningsprocedure/aanbestedingsvorm 

    Voor de Scheldebrug werd een taakstellend budget van 254 miljoen euro vastgelegd, dat jaarlijks met maximaal 2% geïndexeerd wordt. De bouw van de brug vormt een project met een aantal grote uitdagingen. Daarom is het belangrijk om de aanbestedingsvorm te kiezen die het best tegemoetkomt aan het beheersen van deze uitdagingen.

    Een uitgebreide afweging van de mogelijke procedures wees uit dat een geïntegreerde aanpak via een DBM-vorm binnen het financiële model voor de leefbaarheidsprojecten en de globale marktsituatie te verkiezen is.

    Verder traject  

    De komende maanden zullen stad Antwerpen en De Vlaamse Waterweg nv de krijtlijnen van het bestek verder co-creatief vastleggen, binnen de werkbank Scheldebrug. Om vervolgens, als alles vlot verloopt, dit najaar de synthese naar een concreet bestek af te ronden. In de eerste helft van 2024 kan de aanbesteding dan starten.

    Alle info over De Grote Verbinding is te vinden op www.degroteverbinding.be.