Author: koen

  • Huttopia wordt uitbater stadscamping Linkeroever

    Voorontwerp centraal gebouw CityKamp Antwerpen (copyright Stéphane Chambert / Yam Studio)
    Voorontwerp centraal gebouw CityKamp Antwerpen (copyright Stéphane Chambert / Yam Studio)

    (persbericht)

    Stad Antwerpen zal op Linkeroever een nieuwe, kwalitatieve stadscamping ontwikkelen in park Middenvijver. De uitbater daarvan is nu gekozen: de Franse kampeergroep Huttopia zal er CityKamp Antwerpen realiseren, en streeft ernaar om te openen in de zomer van 2024.

    Momenteel heeft Antwerpen twee kampeerterreinen: City Camping Antwerp (voorheen camping De Molen) en kampeerwagenterrein Vogelzang, maar die zullen op termijn beide verdwijnen.

    De  stad ontwikkelt een nieuwe stadscamping in de noordoostelijke hoek van Middenvijver, op een oppervlakte van ongeveer 5 hectare, ter hoogte van de Halewijnlaan en de Willem Gijsselsstraat op Linkeroever.

    CityKamp Antwerpen

    Koen Kennis, schepen voor toerisme: “De nieuwe stadscamping zal tegemoet komen aan alle noden van de moderne kampeertoerist, die echt op zoek is naar kwaliteit. Een partner als Huttopia heeft de ervaring en de visie om die kwaliteit te leveren. Huttopia bevestigt hiermee niet alleen de potentie van park Middenvijver, maar ook van Antwerpen als reisbestemming. Wij spelen hiermee in op een groeiende niche van het verblijfstoerisme. Ik ben trots dat we straks die toeristen in de allerbeste omstandigheden kunnen ontvangen.”

    Het concept CityKamp van Huttopia combineert de nabijheid tot de stad met natuur, voor verschillende doelgroepen. Met haar focus op de natuur zal de camping een volwaardig aanvulling zijn op het bestaande aanbod van logies in Antwerpen. Er zijn reeds CityKamps in een aantal grote steden in Frankrijk en in Valkenburg; het wordt de eerste in België.

    Philippe Bossanne, de oprichter van Huttopia, kijkt alvast erg uit naar de samenwerking: “We zijn erg trots dat stad Antwerpen Huttopia heeft gekozen voor de bouw van dit CityKamp, dat ideaal gelegen is in het hart van een natuurgebied en dicht bij het stadscentrum. Dit zevende CityKamp zal uitzonderlijk zijn. Voor Huttopia is Antwerpen een zeer belangrijke stap in de ontwikkeling van haar natuurlijk stedelijk campingnetwerk in grote Europese steden.”

    CityKamp Antwerpen voorziet 200 plekken: 150 kampeerplaatsen en 50 huuraccommodaties. Daarnaast zullen ook vier groepsaccommodaties op ruime percelen ingericht worden. In een centraal gebouw komt een ontmoetingsruimte, toeristisch informatiepunt, coworkingruimte en café-restaurant met buitenterras en speeltuin. Ook voor wie er niet verblijft zullen het café-restaurant en de speeltuin toegankelijk zijn.

    Glamping bij Huttopia (copyright Romain Etienne / Item)
    Glamping bij Huttopia (copyright Romain Etienne / Item)

    Voortraject

    Om van de site in Middenvijver een stadscamping te maken, moest ze eerst een andere ruimtelijke bestemming krijgen: van woonuitbreidingsgebied naar recreatiegebied met verblijfsmogelijkheden. Daarom werd een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) opgemaakt.

    Het college keurde de opmaak van het RUP Stadscamping goed in juni 2019. Op 1 juni 2021 trad, na de onderzoeksfase, het RUP definitief in werking. De stad ging ondertussen op zoek naar een ontwikkelaar/uitbater voor de terreinen. Na het doorlopen van de gunningsprocedure kwam Huttopia als beste uit de bus.

    Meer info

    Achtergrondinfo over de Stadcamping staat op https://www.antwerpenmorgen.be/nl/projecten/stadscamping.

    De reeds bestaande CityKamps zijn te vinden op https://www.citykamp.com/.

  • Oorkonde van stadsbestuur voor jubilerende poelier Hermans

    (toespraak bij de huldiging van de 100ste verjaardag van poelier Hermans)

    Niets dan lachende gezichten bij de jubilarissen.

    Beste Alice en Frieda, Rene en Roger,

    100 jaar is lang. Heel lang. Ik kan dat illustreren met een voorbeeld.

    Weet u welke voetbalclub in 1922 haar allereerste landstitel behaalde? U raadt het goed: Beerschot, de ploeg die hier een beetje verderop speelt.

    Het kan verkeren, dames en heren. Ook voor Beerschot, jammer genoeg.

    Het verhaal van poelier Hermans, Antwerpser kan het niet. Het leest als het verhaal van de voorbije eeuw stadsontwikkeling en een beetje Suske en Wiske.

    Moest Willy Vandersteen nog leven, hij tekende een album: ‘De populaire poelier’.

    In 1922 zat Poelier Hermans nog niet op ’t Kiel, maar in het Schipperskwartier. Kuipersstraat 7, achter het Vleeshuis.

    De poelier van ’t stad in het hart van ’t stad!

    Jullie weten als poeliers beter dan wie ook hoe je een hart moet verwijderen. Dat wist het toenmalige stadsbestuur in de jaren ’60 jammer genoeg ook. De Vleeshuiswijk ging onder de hamer, de sloophamer.

    De straat bestaat nog, het huis niet. Een aantal huizen staan nu in Bokrijk. Nummer 7 niet, ik heb het nagekeken.

    Na hun verhuis uit de Kuipersstraat verhuisde de familie naar de Hofstraat, een beetje verderop, nog altijd in het oudste deel van de stad.  Vlak in de ziel van ’t stad.

    Volgende stop, volgende stap: de Everdijstraat. Tussen de Sint-Andriesparochie en het centrum.

    In 1932 kwam de zaak Hermans thuis, hier op het Kiel. Hier bouwden ze een klantenbestand op over generaties heen. Jong en oud, van heinde en verre,  allemaal wisten ze poelier Hermans te vinden.

    ‘De chefs van de Abdijstraat’, lees ik op hun website.

    Dat ‘thuiskomen op het Kiel’, dat mag trouwens letterlijk genomen worden, want dit pand is ook het geboortehuis van René en Roger. En ze wonen ook hier boven, met hun resp. echtgenotes Frieda en Alice.

    Ik weet dat ik bij hen aan het verkeerde adres ben om de  loftrompet te steken. Daarvoor zijn René, Roger, Alice en Frieda veel te bescheiden. Toch ga ik het doen.

    Antwerpen veranderde, het Kiel veranderde, maar wat niet veranderde is de liefde voor het vak, is manier waarop de klanten hier decennialang terecht konden voor fijne vleeswaren. Deze zaak ademt respect uit. Deze zaak ademt vakmanschap uit. Deze zaak ademt familiewaarden uit.

    Respect!, gelukwensen, en hartelijk dank vanwege het Antwerpse stadsbestuur.

  • Start werken Sint-Bernardsesteenweg voor meer verkeersveiligheid

    Toekomstbeeld (copyright Stad Antwerpen)

    (persbericht)

    Op 15 maart starten wegenwerken op de Sint-Bernardsesteenweg ter hoogte van de Abdijstraat en shoppingcentrum Den Tir en ter hoogte van de kruispunten met de Zaanstraat, de De Bosschaertstraat en met de Hendriklei. Er komt een duidelijkere brede oversteekplaats, bredere voetpaden en een aangepaste verkeerslichtenregeling voor fietsers. Stad Antwerpen voert deze ingrepen, in samenwerking met De Lijn en het Vlaams Gewest, uit om de verkeersveiligheid voor alle weggebruikers te verhogen. De werken gebeuren in fases, zodat de hinder zoveel mogelijk beperkt blijft.

    Brede oversteekplaats

    Veel weggebruikers kruisen de omgeving tussen de Abdijstraat en shoppingcentrum Den Tir, in het bijzonder voetgangers.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “Het gaat inderdaad om een plaats met veel verkeersdeelnemers aan verschillende snelheden, in een omgeving die bovendien niet voor iedereen overzichtelijk is. De aanpassingen die we plannen moeten daaraan verhelpen. Alle verkeersdeelnemers hebben baat bij een veiligere omgeving.”

    Met de geplande werken wordt het voor voetgangers veiliger gemaakt om over te steken tussen de Abdijstraat, het shoppingcomplex en de toegang tot de tram- en busperrons. Er komt één grote gemarkeerde oversteekplaats van 10 meter breed voor alle voetgangersstromen. De tramperrons worden verlengd tot aan deze oversteek. Dankzij deze ingreep is het voor andere weggebruikers duidelijker waar er voetgangers oversteken en worden kriskrasbewegingen vermeden.

    Heraanleg voet- en fietspaden

    Ook de voet- en de fietspaden worden aangepakt. Momenteel zijn deze smal en bovendien is het onderscheid tussen voet- en fietspad niet duidelijk. Een deel van de oplossing is hier om de fietsers mee op de rijweg te laten fietsen. De overgang van fietspad naar rijweg gebeurt ter hoogte van de De Bosschaertstraat en de Zaanstraat. Met een aangepaste lichtenregeling en andere maatregelen zoals fietslogo’s en snelheidsremmers waar fietsers invoegen op de rijbaan, kan dit veilig en conflictloos gebeuren. De hele zone is vandaag al zone 30 en heeft een ander karakter dan de rest van de steenweg door onder andere de luifel en het winkelgebeuren. De ruimte die vrijkomt wordt gebruikt om de voetpaden te verbreden.

    Daarnaast krijgen fietsers een aparte groenfase in de verkeerslichtenregeling aan de kruispunten met de De Bosschaertstraat, de Zaanstraat en de Hendriklei. Zo worden de bestaande conflicten met auto- en tramverkeer opgelost. Om dit mogelijk te maken verdwijnen de aparte afslagstroken voor het gemotoriseerd verkeer. Dit biedt, naast de nodige ruimte voor  bijkomende verkeerslichten, ook extra opstelruimte voor voetgangers op de middenberm.

    Verloop werken

    De werken starten op 15 maart en zullen ongeveer 2 maanden duren. In een eerste fase start men met de werken in de rijrichting van Antwerpen naar Hoboken. Deze fase van de werken duurt 3 weken. Autoverkeer richting Hoboken volgt een omleiding via de Emiel Vloorsstraat en de Hendriklei.

    Vervolgens starten de werken in de rijrichting van Hoboken naar Antwerpen. Autoverkeer richting Hoboken ondervindt geen hinder. Autoverkeer richting Antwerpen volgt een omleiding via de De Bruynlaan en de Jan de Voslei.

    Voor lokaal verkeer (naar Den Tir en de Abdijstraat) wisselt de verkeersituatie naargelang de plaats waar gewerkt wordt. De parking van Den Tir zal gedurende een tweetal weken niet of beperkt bereikbaar zijn wanneer in die zone gewerkt wordt.

    Het openbaar vervoer wordt gedurende de werken niet onderbroken. Voetgangers en fietsers ondervinden weinig hinder. Zij worden waar nodig plaatselijk rond de werfzone omgeleid.

  • Meer ‘smoel’ voor de Jezusstraat

    Met Mike Pellens van de handelaarsvereniging Jezusstraat.

    (toespraak bij inhuldiging nieuwe iconografie voor de Jezusstraatpersbericht zie onder)

    Goeiemorgen iedereen, en welkom in de Jezusstraat.
    Iedereen in Antwerpen kent de Jezusstraat, maar misschien wel om de verkeerde reden: als een doorgang naar de Meir.

    Maar dames en heren, ik zie een straat met erg veel potentie, een potentie dat in het verleden misschien niet altijd benut werd.

    De Jezusstraat is op z’n best als drukke as richting Meir. Daar is niets verkeerd mee. Niet in de schaduw van de Meir, maar er naast.

    De handelaarsvereniging Jezusstraat ging enkele jaren geleden een eigen koers varen, los van de grote broer de Meir, en ik denk met reden.
    De noden van de Meir en de noden van de Jezusstraat zijn immers niet dezelfde.

    Wat ik wel geloof is dat wat goed is voor de Meir, goed is voor de Jezusstraat, en vice-versa.

    Dit belet niet dat de Jezusstraat een eigen karakter heeft. Volgens de website van het Agentschap Onroerend Erfgoed staan er in de Jezusstraat 10 beschermde panden. Dat is zeker een troef die de straat kan uitspelen.

    ‘Smoel’, dat heeft deze straat nodig. En aan die ‘smoel’, daar gaan we aan werken, dames en heren.

    We gaan de Jezusstraat voorzien van een eigen iconografie, die de aantrekkelijkheid en de herkenbaarheid moet versterken.

    Dat doen we samen met de handelaarsvereniging. Ik wil een speciaal woordje van dank richten aan Bart Van Ghyseghem van Apotheek Sint-Jacob, het koppelteken tussen de Sint Jacobsmarkt en de Jezusstraat. Is Bart hier aanwezig?

    En is Henri De Hert aanwezig? Hij heeft al heel wat kilometers  op de teller in de Trianon, zijn handelszaak hier.  Ook aan hem; dank!

    Ik richt me ook tot Mike Pellens, de drijvende kracht achter de handelsvereniging. Hij sprong meteen in om de vertrekkende voorzitter te vervangen, en hij deed dat tot ieders tevredenheid.

    (Er gaan stemmen op die vinden dat Mike definitief het voorzittershamertje moet overnemen, maar daar hoef ik me niet mee te bemoeien)

    De oefening die we hier in de Jezusstraat doen, past in ons beleid om de handelskernen te versterken. Dat begint met een aangename omgeving.

    Er is hier in de onmiddellijke omgeving al veel werk verzet, veel geïnvesteerd: ik wijs naar de Frankrijklei, het Operaplein, de Rooseveltplaats, de Kipdorpbrug, …

    Straks kunnen bezoekers over de Via Sinjoor wandelen, 1 groot aan elkaar gesloten winkel/wandelgebied van het Centraal Station tot aan de Schelde.

    Ook de Jezusstraat moet daarbij beter in beeld komen, moet op de looplijn van de Via Sinjoor liggen. Daar gaan we aan werken, dames en heren. Dat werk begint vandaag.

    Ik wens de Jezusstraat en de hier werkende handelszaken het allerbeste.

    Dank voor uw aandacht.

    PERSBERICHT

    Stad geeft aantrekkelijke make-over aan Jezusstraat

    Deze ochtend kreeg de Jezusstraat een nieuwe ‘huisstijl’ in de vorm van kleurrijke iconen die het rijke aanbod aan winkels en handelaars weerspiegelen. Deze iconografie is ook terug te vinden in een totempaal om de hoek, op de Sint-Jacobsmarkt. Hiermee toont de stad dat de Jezusstraat zoveel meer is dan een zijstraat van de Meir, maar een straat met een eigen identiteit.

    Ontwerpstudio Made, die ook voor de grote rode letters op het Halfmaanpleintje in de Brederodestraat zorgde, ging op vraag van de stad ook met de Jezusstraat aan de slag. De opdracht was een nieuwe wind door de straat te laten waaien, en dit door onder meer op beleving in te zetten en het diverse winkelaanbod te promoten. Ook bewoners en handelaars konden hun mening geven over de voorstellen.

    Speelse iconen en totempaal

    Ter verwelkoming hangt boven beide uiteinden van de straat de straatnaam met verschillende iconen. Dwars over de straat hangen kleurrijke iconen, waarin het winkelaanbod te herkennen is. Dezelfde iconografie wordt gebruikt in een totempaal op de Sint-Jacobsmarkt, die als een soort wegwijzer richting Jezusstraat dient.

    De iconen en de totempaal werden uitgevoerd in aluminium, waardoor ze heel licht, duurzaam en weerbestendig zijn. De iconen werden samen met handelaars en bewoners gekozen.

    Koen Kennis, schepen voor middenstand en toerisme: “De Jezusstraat is zoveel meer dan een zijstraat van de Meir. De Jezusstraat heeft een eigen ‘smoel’ met een heel divers winkelaanbod en sterke handelszaken. Die zetten we vanaf nu beter in de verf.”

    Winkelgebied met aantrekkelijke publieke ruimte

    Stad Antwerpen zet in op een aantrekkelijk en vlot bereikbaar stadscentrum met een grote aantrekkingskracht voor winkelende bezoekers. De afgelopen jaren kregen het Operaplein, de Kipdorpbrug en de Franklin Rooseveltplaats al een volledige heraanleg, wat de mobiliteit in de zone merkelijk verbeterde. De Jezusstraat vormt van oudsher een schakel tussen die pleinen en de drukke winkelas die de Meir is.

     

  • Antwerpen is beste grote Europese stad voor investeerders volgens Financial Times

    (persbericht)

    Bij steden tot 2 miljoen inwoners heeft Antwerpen in de prestigieuze ‘European Cities and Regions of the Future 2022/23’-rankings van fDi Intelligence de eerste plaats gescoord voor zijn strategie om buitenlandse investeringen aan te trekken. De Scheldestad werd ook bekroond voor ondernemersvriendelijkheid, economisch potentieel en connectiviteit, en behaalde aldus voor het eerst een plaats in de algemene top 10 van grote steden.

    Als kenniscentrum van de Britse businesskrant Financial Times rond buitenlandse investeringen publiceert fDi Intelligence verschillende rankings van ondernemende steden en regio’s. Een team van experten vergelijkt steden en regio’s van over de hele wereld op basis van onder meer hun economisch potentieel en hun aantrekkelijkheid voor internationaal ondernemerschap en investeringen. Voor de ‘European Cities of the Future 2022/23’-rankings verzamelde fDi Intelligence data en cijfermateriaal van 367 steden, en dienden 161 steden een dossier in.

    Top-10-notering als grote Europese stad en beste Belgische stad

    Voor het eerst haalt Antwerpen 4 van de 6 rankings binnen de categorie ‘grote steden’: een eerste plaats voor de strategie om buitenlandse investeringen aan te trekken, een tweede plaats voor connectiviteit, een zesde plaats voor ondernemersvriendelijkheid en een achtste plaats voor economisch potentieel. In totaal levert dit de Scheldestad een negende plaats op bij de steden tot 2 miljoen inwoners. Los van stadsgrootte is Antwerpen daarmee de best scorende Belgische stad in de fDi-rankings.

    Als motivatie voor de rankings van Antwerpen verwijst fDi Intelligence naar de stedelijke inspanningen om dienstverlening en investeringspromotie verder te digitaliseren. De jury heeft ook lof voor de overkoepelende stadvisie om van traditionele groeimotoren platformen te maken die innovatie en duurzame ontwikkeling stimuleren. Het bloeiende ecosysteem van start-ups wordt een ideale voedingsbodem voor het toekomstig excelleren van de stad genoemd. Bij de wereldwijde fDi Strategy Awards kreeg Antwerpen ook al een ‘specialism award’ voor chemie (2020) en een bijzondere vermelding voor het stimuleren van innovatie (2018) toegekend.

    Erica Caluwaerts, schepen voor economie, werk, innovatie, openbaar domein, industrie en digitalisering: “Antwerpen gaat stevig vooruit in de rankings en weet zijn concurrentiepositie te versterken. We hebben fors geïnvesteerd in een ondernemingsvriendelijke overheid en dat is ook de fDi-jury niet ontgaan. We scoren met dank aan ons haven- en industrieel complex hoog op het vlak van economisch potentieel en verankeren daar heel wat buitenlandse investeringen. Onze strategie om nieuwe investeringen en bedrijven aan te trekken, werd met een eerste plaats beloond. Onze tweede plaats voor connectiviteit houdt ook verband met de versterking van onze positie in digitale connectiviteit en connectiviteit in business. Antwerpen is een uitgelezen stad om te innoveren en zaken te doen. Daar mogen we allemaal heel trots op zijn.”

    Innovatieve businessstad met internationale ambities

    Als innovatieve businessstad met internationale ambities zet Antwerpen met name in op innovatie in de digitale, circulaire en gezondheidseconomie. Voor elk van deze drie innovatieclusters heeft de stad een ecosysteem van hubs (waaronder The Beacon, BlueChem en BlueHealth Innovation Center), bedrijven, kennisinstellingen en overheden uitgebouwd dat verder wordt ontwikkeld. Zo ging eind 2021 Dunden van start, een innovatiehub voor start-ups en scale-ups die sterk inzet op communitywerking. In 2022 openen zowel het vaccintestcentrum Vaccinopolis als de pre-incubator voor duurzame chemie BlueApp de deuren. Op een voormalig industrieterrein in de haven wordt NextGen District als hotspot voor circulaire economie ontwikkeld. Intussen zijn er ook concrete plannen om de incubator voor duurzame chemie BlueChem gevestigd op het circulaire bedrijventerrein Blue Gate Antwerp fors uit te breiden.

    Opmars binnen internationale rankings

    Als toonaangevende Belgische stad is Antwerpen duidelijk bezig aan een opmars binnen internationale rankings. Zo steeg de stad in de Global Startup Ecosystem Index 2021 van het gerenommeerde onderzoeksinstituut StartupBlink met maar liefst 80 plaatsen op de wereldwijde ranking en met 19 plaatsen op de Europese ranking ten opzichte van het jaar daarvoor. Het Deense platformbedrijf Valuer nam Antwerpen in 2021 voor het eerst op in zijn ranking ‘50 Best Startup Cities in the World’. En de Scheldestad staat op de 17de plaats in de Covid-19 Innovation Ranking van StartupBlink. Deze ranking bekroont landen en steden die als reactie op de pandemie inzetten op innovatieve projecten met een internationale impact.

    Burgemeester Bart De Wever: “Antwerpen is financieel gezond. We investeren tegelijk volop in het verzilveren van onze economische toekomst. Onze haven blijft records boeken. Met de bouw van de Oosterweelverbinding versterken we onze positie als logistiek hart van een van de meest welvarende regio’s ter wereld. Bovendien brengt het een enorme leefbaarheidswinst voor de Antwerpenaar zelf met zich mee. Voor het eerst staan er in onze stad ook meer jobs open dan er werkzoekenden zijn. We zorgen ervoor dat iedereen de vruchten plukt van de welvaart van morgen. Kortom: Antwerpen is open voor business.”

    De ‘Global Cities and Regions of the Future 2022/23’-rankings zijn online te vinden op www.fdiintelligence.com; klik hier voor de rechtstreekse link. De rankings worden ook gepubliceerd in de februari/maart 2022-editie van fDi Intelligence, het investeringsmagazine van de Financial Times met meer dan 100.000 lezers uit de businesswereld.

    Alle informatie over ondernemen en investeren in de stad Antwerpen is te vinden op www.ondernemeninantwerpen.be en www.businessinantwerp.eu.

     

  • Eerste publieke laadpalen van TotalEnergies zijn geplaatst

    Buurtbewoner Peter Wils (rechts) maakte graag gebruik van de nieuwe laadfaciliteiten aan het Ekerse districtshuis. Van links naar rechts: Koen Palinckx (districtsburgemeester Ekeren, Stefaan De Ganck (directeur mobility and new energies Total Energies,) Koen Kennis, Marc Elseviers (mobiliteitsschepen district Ekeren), Peter Wils.
    Buurtbewoner Peter Wils (rechts) maakte graag gebruik van de nieuwe laadfaciliteiten aan het Ekerse districtshuis. Van links naar rechts: Koen Palinckx (districtsburgemeester Ekeren), Stefaan De Ganck (directeur mobility and new energies Total Energies,) Koen Kennis (mobiliteitsschepen stad Antwerpen), Marc Elseviers (mobiliteitsschepen district Ekeren), Peter Wils.

    (persbericht)

    De eerste publieke laadpalen voor elektrische wagens van TotalEnergies in Antwerpen zijn geplaatst. De stad sloot hiervoor recent een overeenkomst af met het bedrijf. Burgers kunnen onder bepaalde voorwaarden een aanvraag indienen voor een paal in hun buurt.

    Het gebruik van de elektrische wagen wordt steeds populairder. Stad Antwerpen heeft daarom sinds september een concessieovereenkomst voor de uitbreiding van de publieke laadinfrastructuur. TotalEnergies plaatst gedurende twee jaar alle nieuwe elektrische (snel)laders op het stedelijk grondgebied. Tot 2034 zijn zij ook verantwoordelijk voor de technische en commerciële exploitatie van het door hen geplaatste netwerk van openbare laadstations. Alle laadpunten leveren groene stroom uit Belgische offshore windenergie. Daarnaast worden in de parkeervakken aan de nieuwe laadpalen sensoren van Geosparc voorzien, waarmee de stad de bezetting in realtime kan monitoren.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “Dankzij deze overeenkomst kunnen we snel inspelen op de reële nood aan laadinfrastructuur. We werken momenteel de bestaande lijst met een 600-tal aanvragen weg, waarvan we sommige bundelen. Wat niet verandert, is dat we ons houden aan het principe ‘paal volgt wagen’. Oplaadpunten plaatsen we daar waar er een concrete vraag is. Wat we zeker willen vermijden is een wildgroei, dat zou enkel weerstand oproepen.”

    Eerste laadpalen van TotalEnergies zijn geplaatst

    In Antwerpen zijn er momenteel 428 laadpunten waarvan 156 op het openbaar domein, 207 in (buurt)parkings en 65 in park-and-rides. Daarnaast zijn er 11 snelladers op het openbaar domein en 6 in de park-and-rides. Hiermee kan je een batterij gemiddeld op een half uur volledig opladen. Gebruikers vinden een overzicht van alle laadpalen op de website van Slim naar Antwerpen: https://www.slimnaarantwerpen.be/nl/auto-taxi/opladen-van-elektrische-autos.

    De eerste vijf laadpalen van TotalEnergies zijn begin februari geplaatst, waarvan drie in Ekeren (Veltwijcklaan, Kloosterstraat en Paardenbloemlaan), één in Deurne (Van Notenstraat) en één in Borgerhout (Berchemlei).

    Digitale aanvraag laadpunt

    De laadpunten, die op het openbaar domein komen, worden enkel op aanvraag geplaatst. Om een laadpunt aan te vragen moet je wonen of werken in stad Antwerpen, geen laadmogelijkheden hebben op eigen terrein, en nog geen laadpaal hebben binnen een wandelafstand van 250 meter. Wie voldoet aan die voorwaarden kan sinds 1 september 2021 een publieke laadpaal aanvragen via www.antwerpenlaadt.be  of www.antwerpen.be ( > parkeren en mobiliteit > auto, klik hier voor de rechtstreekse link).

     

  • Grote stijging gebruik autodelen in Antwerpen

    (persbericht)


    De laatste 5 jaar steeg het aantal gebruikers van deelauto’s in Antwerpen met factor 12,3. Dat blijkt uit cijfers van stad Antwerpen. Dat het gebruik van deelwagens doorbreekt, is ook merkbaar in het aantal beschikbare wagens, het gemiddeld aantal afgelegde kilometers per wagen en de uitgebreide parkeerfaciliteiten in de Scheldestad.

    Dat autodelen in ons land in de lift zit, bleek uit de jaarcijfers 2021  die het Netwerk Autodelen enkele weken geleden publiceerde. Autodelen sprak van een verzevenvoudiging van het aantal autodelers in ons land.

    In diezelfde periode tekende Antwerpen een nog grotere groei op. In januari 2017 lag het aantal actieve gebruikers van deelauto’s in de Scheldestad op 3294, en dat aantal steeg in januari van dit jaar naar 40.681 actieve gebruikers, meer dan 12 keer zoveel.

    Tegenover dat groeiend aantal gebruikers staat natuurlijk ook een groter wordend wagenpark. Het aantal beschikbare deelwagens steeg in Antwerpen tussen 2017 en 2022 van 166 naar 752. Het gemiddeld aantal gebruikers per wagen steeg in die periode van 19,8 naar 54,1, wat een intensiever gebruik van het wagenpark aangeeft. Het feit dat deelwagens mee opgenomen worden in MaaS-applicaties en ook de routeplanner van Slim naar Antwerpen realtime-informatie geeft over beschikbare deelwagens werkt ook drempelverlagend voor de gebruiker, die slechts 1 drukknop verwijderd is van mobiliteit.

    Het aantal autodeelplaatsen op het openbaar domein steeg van 129 in 2017 naar 195 in 2022. Daar bovenop werd ook in de recent in gebruik genomen Park and Rides plaats voorzien voor deelwagens, resp. Linkeroever: 15,  Luchtbal: 15, Merksem: 5.

    De Antwerpse schepen voor mobiliteit Koen Kennis: ‘De groeiende interesse voor het gebruik van deelwagens is een goede zaak voor Antwerpen. Een deelwagen vervangt immers de aanschaf van verschillende particuliere wagens, en daarmee komt ruimte vrij in de stad.’

    Opmerkelijk is dat het aantal aanbieders in de stad niet in dezelfde mate steeg. In 2013 waren dat er 2, in 2022 zijn dat er 3. Schepen Kennis: ‘We onderhouden nauwe contacten met de aanbieders van deelmobiliteit in onze stad. De verwachtte groei van deelwagens zullen we nauwlettend opvolgen en begeleiden.’

  • Verkeersmaatregelen Beukenlaan voor meer verkeersveiligheid

    (persbericht)

    Om de verkeersveiligheid te verbeteren, plant de stad snelle en tijdelijke verkeersmaatregelen op de Beukenlaan. Het gaat om maatregelen op maat van automobilisten, fietsers en wandelaars. Als alles volgens plan verloopt, worden de werken nog voor de zomer afgewerkt.Om de verkeersveiligheid op de Beukenlaan te verhogen worden een aantal kruispunten compacter gemaakt (met uitzondering van het kruispunt met de Della Faillelaan). Ter hoogte van de kruispunten met de Palmenlaan, Dennenlaan en Acacialaan worden er linksafslagstroken voorzien. Daarnaast worden ook de kruisingsvlakken ter hoogte van de kruispunten compacter en kleiner gemaakt door het inkorten van de oversteeklengte. Hiervoor worden er middeneilanden aangebracht (handig voor overstekende fietsers) of wordt er één rijstrook weggenomen door het plaatsen van markeringen en flexibele verkeerspalen. Daardoor wordt ook de opstelruimte voor fietsers vergroot. Indien nodig, combineert men die twee ingrepen om het kruispunt zo veilig mogelijk te houden.Koen Kennis, schepen voor mobiliteit: ‘De Beukenlaan is een belangrijke doorgangsweg tussen de stad en Wilrijk en vormt een aansluiting met Edegem en Mortsel. Deze drukke verkeersas loopt dwars langs de recreatiegebieden van Park Den Brandt en het Nachtegalenpark, waar nogal wat wandelaars en joggers geteld worden. Deze aanpassingen doen we om al die gebruikers met elkaar in evenwicht te brengen. Door het kruispunt aan de Acacialaan en Beukenlaan aan te pakken, werken we bovendien een zwart punt van op de verkeersveiligheidsaudit van 2018 weg.’

    Verder wordt er enkelrichting ingevoerd van de Della Faillelaan richting de Beukenlaan. Aan de zijde van de woningen tussen de Eglantierlaan en de Middelheimlaan wordt het fietspad aangepast voor tweerichtingsverkeer. Het fietspad aan de parkzijde blijft behouden.

    Snelle en tijdelijke verkeersveiligheidsmaatregelen

    Eenvoudige, tijdelijke ingrepen zorgen ervoor dat er minder snelheidsovertredingen plaatsvinden. Zo wil de stad straten en kruispunten verkeersveiliger maken in afwachting van een uitgebreidere, structurele aanpak. Uiteraard zal de impact van deze snelle en tijdelijke verkeersveiligheidsmaatregelen ook opgevolgd worden.

  • Lantis aan het stuur van een stedelijk vervoerbedrijf?

    Lees onderstaand de volledige tekst van mijn antwoord op de interpellatie* van raadslid Sam Voeten (CD&V) over een stedelijk vervoersbedrijf. 
    —-

    Voorzitter van de raad, gemeenteraad dd 31/02/22, ter vervanging van burgemee
    Voorzitter van de gemeenteraad dd. 31/02/22, ter vervanging van burgemeester Bart De Wever.

    ‘Beste raadslid Voeten,

    Het is zeker niet de eerste keer dat ik heb aangegeven dat ik een stedelijk vervoersbedrijf genegen ben. Dat heb ik bijvoorbeeld in mei 2018 al duidelijk gemaakt. De moeilijkheden die ik zie bij de realisatie van de grote en of complexe infrastructuurprojecten, die ik toen aangaf, zijn vandaag nog steeds dezelfde. Die moeilijkheden hebben voornamelijk te maken met de verkokering van bevoegdheden.

    Binnen de Vervoerregio Antwerpen hebben we een visienota goedgekeurd ‘Samen vooruit. Routeplan 2030’, die tot stand kwam tussen de Vlaamse overheid, de gemeentebesturen, alle stakeholders, mobiliteitspartners en burgerbewegingen. Het plan ligt op tafel, nu moet dit voor alle verkeersmodi verder omgezet worden in concrete uitvoeringsprojecten.

    U citeert terecht lemma 11 van het bestuursakkoord waarin we voorstellen om een Antwerpse Vervoersautoriteit in te richten, die regisseur wordt van de aanbesteding en operationalisering van de stadsregionale mobiliteitsvraagstukken. Met het Decreet Basisbereikbaarheid is de aanzet hiertoe gegeven. Daarin wordt de vervoerregio als taak toebedeeld om, onder andere, regionale mobiliteitsplannen- en projecten te prioriteren, op te volgen en te evalueren; het verknopen van de vervoers- en infrastructuurnetten te bewerken en combimobiliteit te faciliteren.  De Vervoerregio Antwerpen heeft ook haar keuze van het netwerk van het openbaar vervoer op korte en lange termijn al neergelegd. Dus ik kan concluderen dat onze vervoerregio haar taken zeker ter harte heeft genomen. Het is nu tijd om plannen om te zetten naar uitvoerbare projecten.

    Er moet een speler zijn die de projecten uit het Routeplan ook realiseert. De infrastructuur voor het gemotoriseerd verkeer en de zwakke weggebruiker moet verbeterd worden en, de trams en bussen moeten op een efficiënte manier zoveel mensen als mogelijk mobiel maken. Uiteraard liggen die concrete projecten niet alleen op het grondgebied van de stad, dus is een regionale entiteit, die de projecten grensoverschrijdend uitvoert, noodzakelijk. De stad kan dit niet alleen.

    P+R Linkeroever
    P+R Linkeroever (dd. midden november 2021)

    Lantis werkt in onze regio en steekt veel tijd en energie in omgevingsmanagement, communicatie naar lokale overheden en bewoners en bedrijven. Het is niet alleen een uitvoeringsorganisatie die ideeën en plannen omzet naar realisaties, ze exploiteert vandaag ook de Park and Rides en het (toekomstige) regionaal fietsdeelsysteem. Lantis heeft in onze regio bewezen kennis en kunde in huis te hebben om grote infrastructuurprojecten voor verschillende mobiliteitsmodi uit te voeren. Het heeft al tramsporen aangelegd (cfr. het Brabo 1-project, de keerlus P&R Linkeroever), fietspaden, Park and Rides, weginfrastructuur en leefbaarheidsprojecten. Het is dus vandaag al een zeer belangrijke organisatie voor de realisatie van onze lokale en regionale ambitieuze modal shift, die we hebben afgesproken in het Toekomstverbond.

    Ik zie vandaag al de basis voor een vervoersbedrijf binnen Lantis. Uiteraard zal die organisatie zich nog verder moeten organiseren om een regionaal vervoersbedrijf te worden. Ik wil hiermee niet gezegd hebben dat een alle Vlaamse mobiliteitsorganisaties vandaag slecht werk leveren, maar de bestaande structuren functioneren vandaag  niet meer goed. Ik zie al te vaak bijvoorbeeld tijdrovende debatten tussen Vlaamse overheidsdiensten over welke dienst welk budget moet voorzien. Dat hindert een slagkrachtige uitvoering van de projecten en frustreert zowel de betrokken ambtelijke medewerkers als de betrokken politieke verantwoordelijken. Dat kan ik aan de burger niet uitleggen. Ook zie ik dat tussen die Vlaamse organisaties vaak naar mekaar wordt gewezen. Toen ik jaren geleden vroeg wie de Park and Rides rond onze stad zou bouwen, zeiden De Lijn en AWV dat het niet hun taak was. De Lijn zag het als haar taak om enkel trams te laten rijden en AWV had enkel de opdracht om carpoolparkings te bouwen. Resultaat: geen Park and Rides. Hallucinant. Lantis heeft toen haar verantwoordelijkheid genomen en Park and Rides gerealiseerd in samenwerking met de stad. Ook wij hebben daar een behoorlijke cent aan bijgedragen.

    De regie bij één organisatie leggen, zal ons efficiëntie en tijdswinst opleveren en garanderen dat we de ambities van het Toekomstverbond realiseren.  Vandaar de oproep, de aanzet, om te beginnen werken aan dat vervoerbedrijf.’

    * Om de volledige gemeenteraadsessie opnieuw te bekijken, is er deze link:
    https://web-antwerpen.streamovations.be/sessions/category/1

  • Stad opent drie nieuwe buurtparkings

    (persbericht)

    (copyright: Walter Saenen)

    Het aantal buurtparkings in Antwerpen blijft toenemen. Op 1 februari opent de stad 3 nieuwe buurtparkings: één voor auto’s in de Borrewaterstraat (Merksem), twee voor fietsen in de Driekoningenstraat (Berchem) en in de Koningin Elisabethlei (Antwerpen). Daarnaast wordt de bestaande buurtparking in de Michel de Braeystraat uitgebreid met extra autostaanplaatsen.

    Buurtparkeren is een van de initiatieven waarmee stad Antwerpen de parkeerdruk op straat wil verminderen. Bewoners kunnen aan een voordelig tarief een parkeerplaats huren voor hun auto, motor of (bak)fiets. Enkele parkings laten ook werknemers of eigenaars van omliggende winkels of bedrijven toe.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “Dankzij buurtparkings vermindert het zoekverkeer van auto’s, en zijn er minder rondslingerende fietsen op de straten en pleinen. Het is ook een geschikte en veilige oplossing voor mensen die hun fiets(en) niet thuis kunnen stallen wegens plaatsgebrek.”

    127 extra plaatsen

    Op 1 februari 2022 openen er 3 nieuwe buurtparkings:

    • in de Borrewaterstraat 6/8, 2170 Merksem: 12 deeltijdse autostaanplaatsen in de bovengrondse parking van Lidl;
    • in de Koningin Elisabethlei 22, 2018 Antwerpen: 18 fietstaanplaatsen en 3 bakfietsstaanplaatsen in de ondergrondse parking van het Provinciehuis;
    • in de Driekoningenstraat 88, 2600 Berchem: 68 fietsstaanplaatsen en 6 bakfietsstaanplaatsen.

    Daarnaast wordt de buurtparking in de Michel de Braeystraat 55, 2000 Antwerpen vanaf 1 februari uitgebreid met 20 voltijdse autostaanplaatsen. In totaal creëert de stad op 1 februari dus bijkomend 32 parkeerplaatsen en 95 fietsstaanplaatsen in buurtparkings.

    Tarieven buurtparkeren

    Voor meer informatie over de buurtparkings in Antwerpen en de geldende tarieven kan je terecht op deze pagina.

    Gebruikers die op voorhand hun parkeervergunning voor bewoners inleveren, ontvangen een subsidie van 20 euro per maand. Voor de buurtparking in de Michel de Braeystraat kan geen subsidie worden aangevraagd.

    Wie een plaats wil huren, kan contact opnemen via buurtparkeren@antwerpen.be. Aanvragen worden behandeld in volgorde van ontvangst.

    Meer dan 2.500 buurtparkeerplaatsen in 77 buurtparkings

    Inmiddels zorgde de stad ook in heel wat andere wijken voor buurtparkings. Vanaf februari zijn er in totaal 2.543 buurtparkeerplaatsen waarvan 1.281 voor auto’s, 1.210 voor fietsen en 52 voor motors. In totaal zijn er 77 buurtparkings waarvan 25 fietstrommels en 52 parkings voor auto, fiets of motor.

    De stad blijft actief zoeken naar plaatsen of panden voor buurtparkings. Alle informatie over buurtparkings is terug te vinden op www.antwerpen.be/buurtparking.