Category: Mobiliteit

  • (toespraak bij de inhuldiging van de Noorderlijn, dd. 7/12/2019)

    Geachte mevrouw de minister, Lydia,
    Beste burgemeester, beste Bart,
    en ik verwelkom ook de de heren Kesteloot en Descheemaecker van de Lijn
    en mijn collega-schepen De Ridder,
    beste mensen van de pers,

    Voor u staat een fiere schepen voor mobiliteit. Ik hoef er geen tekeningetje bij te maken om duidelijk te maken hoe belangrijk deze opening is voor Antwerpen.  7 km nieuwe tramsporen, 7 bijkomende haltes, 1 nieuwe tramlijn, …

    En die nieuwe tramlijn, is niet zomaar een lijn. Het is de terugkeer van Tram 1. Voor kenners van de tram in Antwerpen, of oudere Antwerpenaren de terugkeer van een  monument, zowaar: den Boulevardtram. Ik was niet eens geboren toen die lijn opgeschort werd, dus ik kijk uit naar z’n komst.
    Dat zijn de cijfers, maar ik wil ook graag de context schetsen, het belang van de Noorderlijn voor de Antwerpse mobiliteit.

    Met de Noorderlijn herstellen we de noord-zuidverbinding van de stad. Niet alleen voor de tram, maar ook voor de voetganger en de fietser. De automobilist krijgt binnen enkele maanden ook zijn verbinding terug.


    Wie vanuit het noorden naar Antwerpen wil komen, zal meer opties hebben dan ooit tevoren om makkelijk en snel tot in het stadscentrum te geraken.

    De Noorderlijn is een win/win voor alle deelnemers aan de verkeer: de gebruikers van het openbaar vervoer, de automobilisten, de wandelaars en de fietsers. Ook het comfort van de ‘zwakke weggebruiker’ maakte een reuzesprong dankzij de aanleg van de Noorderlijn.

    De Noorderlijn maakt duidelijk wat ik al vaker heb aangehaald: mobiliteit is een vliegwiel voor andere beleidsdomeinen.

    De ontwikkelingen hier maken dat duidelijk. Niet alleen de bereikbaarheid van wijken zoals de Luchtbal en den Dam gaan erop vooruit, maar ook hun leefbaarheid, de ontwikkeling van het openbaar domein, de middenstand en horeca profiteren ervan.

    Ook verderop het traject van de Noorderlijn stellen we dat vast.

    Vraag maar eens aan de musea en horeca op het Eilandje hoe blij ze zijn met de Noorderlijn. Het Eilandje maakt nu definitief deel uit van het stadscentrum. De komst van de Noorderlijn is in de ontwikkeling van het Eilandje is de logische, volgende stap.

    Maar wie over mobiliteit spreekt, moet ook spreken over de modal shift die we in Antwerpen ambiëren, zo nodig onze stad bereikbaar te houden.

    Gisteren nog kreeg ik een mail van de AP Hogeschool, en daar wil ik graag uit citeren: ‘In totaal studeren er 6500 studenten in de campus Spoor Noord. Een heleboel mensen die nu kunnen profiteren van de nieuwe tramlijn en de nieuwe halte Noorderplaats.De nieuwe tramlijn 1 is voor onze hogeschool echt een hele belangrijke mobiliteitsoplossing, we merken nu dat heel wat studenten met de auto naar de campus Spoor Noord komen, met de nodige verkeersoverlast en parkeerproblemen. We hebben immers ook ’s avonds veel lessen in de campus (mensen die een graduaatsopleiding volgen, het vroegere volwassenenonderwijs). AP Hogeschool is dus alvast erg tevreden met de opening van deze verbinding!’
    Rondom de stad zullen de komende jaren drie P&R-gebouwen verschijnen. Die op de Linkeroever moet plaats bieden aan 1530 auto’s, die in Merksem aan 674 auto’s en in de Havana-site op de Luchtbal kunnen 1706 auto’s neergezet worden.

    Daarom is het belangrijk dat de Noorderlijn naar de Havana-site rijdt, aankomt en vertrekt.

    Anno 2019 moet je zo’n P+R trouwens niet zien als een zielloze stapeldoos van auto’s.

    Anno 2019 moet een P+R diensten aanbieden die we kennen van luchthavens of treinstations: horeca en services, zoals een postbus, een bankautomaat, een afhaaldienst, hersteldiensten, kleinhandel. En uiteraard: deelmobiliteit.

    Kortom, ik verwacht de volgende jaren nog mooie ontwikkelingen op en langs het traject van de Noorderlijn.

    Ik dank de mensen die aan de Noorderlijn gewerkt hebben, en ik wens de Noorderlijn drukke dagen toe.

  • Antwerpen maakt school met ‘De Grote Verbinding’

    Na enkele internationale prijzen gewonnen te hebben,  krijgt Antwerpen nu ook aandacht van de Europese Commissie.

    Tijdens de  eerste 100 dagen van haar mandaat publiceert de Commissie in samenwerking met Eurocities een reeks artikels onder de noemer ‘100 Days, 100 Ways’, waarin het inspirerende praktijken belicht.

    Deze week was het aan Antwerpen om met de eer te gaan lopen. ‘De Grote Verbinding’ wordt in het artikel geprezen als een schoolvoorbeeld van hoe steden samen met hun inwoners op zoek gaan naar breed gedragen oplossingen voor gezamenlijke problemen.

    Lees hier het volledige artikel (Engelstalig).

  • Hip hip eureka: 1 jaar the Beacon

    (persbericht)

    The Beacon na één jaar een succes.

    Innovatiehub krijgt slagkrachtige structuur en voegt extra kantoorruimte toe.

    Innovatiehub The Beacon maakte het afgelopen jaar internationaal naam op het vlak van Internet of Things- en artificiële intelligentie-toepassingen, en bewijst daarmee dat technologie een antwoord kan bieden op complexe stedelijke vraagstukken. Technologisch toptalent van 22 nationaliteiten is er actief in 64 bedrijven en onderzoeksinstellingen, en tijdens 106 events werden goed 4.000 experten in digitale innovatie bereikt uit binnen- en buitenland. Om nog beter in te spelen op de snelle ontwikkelingen in het technologische landschap, en om hun engagement te bevestigen, bundelden de oprichtende partners nu de krachten in vzw The Beacon. Die nieuwe structuur stelt hen in staat om door te groeien tot een Europees referentiepunt voor Internet of Things en artificiële intelligentie-toepassingen.

    Partners stad Antwerpen, Havenbedrijf Antwerpen, Universiteit Antwerpen, imec en Agoria richtten de business- en innovatiehub eind september 2018 op aan de Sint-Pietersvliet. Recent trad ook de bouwheer van de Oosterweelverbinding, Lantis, toe tot het ecosysteem van partners. Bovendien verhuizen in 2020 de Lantis-medewerkers en het team van intendant Alexander D’Hooghe naar nieuwe kantoren in The Beacon. Intussen is 90% van de beschikbare kantoorruimte gevuld met technologische start-ups, scale-ups, grote corporates en toponderzoekers. Begin volgend jaar breidt The Beacon uit met een extra verdieping, waardoor er zich nog 15 extra bedrijven kunnen vestigen.

    Kruisbestuivingen zorgen voor innovatie
    Veelbelovende Antwerpse start-ups en internationaal gerenommeerde bedrijven zitten naast elkaar in The Beacon. Het ‘koffie-machine-effect’, waarbij spontane ontmoetingen uitgroeien tot slimme ‘futureproof’ producten, rendeert. Zo zijn er al een aantal tastbare toepassingen uitgewerkt. Zoals bv. een onbemand schip laten varen; technologie voor dronestransport van bloedstalen; analyse van anonieme mobiliteitsdata om weggebruikers in real time de snelste en veiligste weg aan te bieden; het verhogen van de veiligheid in petrochemische bedrijven via draadloze sensoren voor de controle van industriële kleppen; en de ‘MensenMassaMeter’, een project voor crowd control.

    Smart mobility is sterk vertegenwoordigd: zo opereert het team van Mobilidata, een project van de Vlaamse overheid in samenwerking met imec en andere partners, vanuit The Beacon. Dat wil door slimme technologie een brede waaier aan toepassingen mogelijk maken om de verkeersveiligheid en doorstroming te verbeteren en de CO2-uitstoot te verminderen. Slimme verkeerslichten is één van die toepassingen en een absolute primeur voor Vlaanderen. 

    Ook de werken aan de Oosterweelverbinding bieden opportuniteiten aan innovatieve spelers. Nu al worden in The Beacon intermodale routeplanners en aanpasbare digitale kaarten ontwikkeld, het impactmanagement voor geplande wegenwerken onderzocht en de gevolgen voor de snelheid, de kost en de milieu-impact van een gekozen route berekend.

    Nieuwe structuur creëert nieuwe opportuniteiten

    Voor de verdere ontwikkeling van The Beacon was de oprichting van een onafhankelijke en neutrale organisatie belangrijk. Daartoe tekenden de partners van het eerste uur, samen met de nieuw toegetreden partner Lantis, vandaag de oprichtingsakte van de vzw The Beacon. Met deze belangrijke mijlpaal herbevestigen ze hun ambities: Antwerpen en Vlaanderen internationaal positioneren en verder uitbouwen tot speerpunt voor technologische innovatie.

    Dankzij de zelfstandige vzw-structuur zal The Beacon sneller en efficiënter kunnen inspelen op opportuniteiten en deelnemen aan nationale en internationale projecten en innovatietrajecten. Ook het dagelijks beheer zal sterk vereenvoudigd worden. “Met de oprichting van The Beacon vzw is het fundament voor de verdere groei en geloof in deze innovatiehub gelegd,” zegt burgemeester Bart De Wever. “The Beacon bewijst dat Antwerpen zich ook op vlak van innovatie internationaal kan meten met andere steden. De toekomst begint hier.”

    De zes partners vaardigen allen een bestuurder af. Voor de nieuwe partner Lantis wordt dit de CEO Luc Hellemans. De bestuurders worden aangevuld met drie onafhankelijke bestuurders, waaronder CEO van de innovatiehub Wim De Waele als uitvoerend voorzitter. “Met de toevoeging van Lantis als partner hebben we nu ook een sterke drijvende kracht voor smart mobility, zoals het Havenbedrijf Antwerpen dat is voor smart ports and logistics. Een dergelijk economisch draagvlak is uitzonderlijk en zal ervoor zorgen dat The Beacon een innovatiehub wordt met producten en bedrijven met groot groeipotentieel”, aldus De Waele.

    ——-einde persbericht ————

  • Parking Gedempte Zuiderdokken: 70% minder vervuiling

    Technologie haalt 70 procent vervuilde deeltjes uit de lucht

    De lucht in de nieuwe parking onder de Gedempte Zuiderdokken en de lucht die de parking zal uitstoten, moet zo zuiver mogelijk zijn. De bio-ingenieurs van UAntwerpen adviseren Stad Antwerpen en Q-Park om die doelstelling te realiseren.

    Na een periode van overleg met buurtbewoners gaan de werken op de Gedempte Zuiderdokken binnenkort terug van start met de werken aan de ondergrondse parking Steendok. Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “De heraanleg van het plein resulteert in een verhoogde leefbaarheid van de hele buurt. We halen de auto’s van het plein en verhinderen zoekverkeer dankzij een nieuw circulatieplan. Bovendien voorzien we de beide ondergrondse parkings in samenwerking met de Universiteit Antwerpen van de allerbeste technologie op het vlak van luchtzuivering.”

    Uitgebreid rekenwerk

    De wetenschappers van het Departement Bio-ingenieurswetenschappen van de Antwerpse universiteit beschikken over heel wat expertise rond luchtzuivering. “We doen er sinds lang onderzoek naar”, vertelt prof. Siegfried Denys. “Op de markt zijn er heel wat toestellen beschikbaar om de lucht in parkings te zuiveren. Maar het is zinloos voor een parkinguitbater om zomaar een toestel aan te kopen. Om een maximaal resultaat te behalen moet er eerst uitgebreid rekenwerk gebeuren.”

    Dat rekenwerk zullen de bio-ingenieurs voor hun rekening nemen. Denys: “Op basis van de te verwachten passage en de bezettingsgraad van de parking kunnen we gaan berekenen en modelleren hoeveel en welke polluenten er zullen worden uitgestoten. Nadien kunnen we op basis van die gegevens adviseren welke technologie het beste resultaat zal boeken, en op welke exacte locatie en in welke hoeveelheid de luchtzuiveringstoestellen geïnstalleerd moeten worden. Ook de situatie mét luchtzuiveringstoestellen kunnen we modelleren.”

    Vuile deeltjes krijgen lading

    Op dinsdag 3 december gaven de onderzoekers een demo in hun labo op Campus Groenenborger. “Luchtzuivering in ondergrondse parkings gebeurt via de ESP-technologie, wat staat voor elektrostatische precipitatie”, legt prof. Tom Tytgat uit. “Eerst vindt er ionisatie plaats: de fijnstofdeeltjes krijgen een elektrische lading. Die deeltjes passeren vervolgens een collector. De geladen vervuilde deeltjes blijven achter op de collectorplaten. Op die manier wordt 70% van de vervuilde deeltjes uit de lucht gehaald. Op UAntwerpen onderzoeken we hoe we ook fotokatalyse kunnen toepassen, om de lucht in de toekomst nog zuiverder te kunnen maken.”

    Op vrijdag 6 december 2019 is iedereen tussen 17 en 20 uur welkom op de infomarkt over de plannen en het verloop van alle werken rond de Gedempte Zuiderdokken. Locatie: Zuiderpershuis, Waalsekaai 14, 2000 Antwerpen.

    (einde persbericht)

  • Modal shift over het water

    Veel mensen in de regio Antwerpen, de Kempen en Limburg kennen het Albertkanaal van hun zondagse fietstochtjes op het jaagpad.

    Vanaf zondag 2 januari zullen ze zich kunnen meten met de voorbijvarende boten op het kanaal, want vanaf dan zullen de sluizen 24/7 operationeel zijn. Tot nu toe werden de sluizencomplexen bediend van zondagavond 22u. tot zaterdagavond 22u.

    Er zijn goede redenen om de sluizen voortaan permanent te bemannen.

    Er was vraag naar: de sterke groei van de containerbinnenvaart en de 24/7 economie langs het Albertkanaal maakten dat het aantal aanvragen voor sluisbediening op zon‐ en feestdagen de voorbije jaren sterk toenam.

    Vlaanderen wil bovendien de binnenvaart naar voor schuiven als een volwaardige en aantrekkelijke vervoersmodus om nog meer ondernemers te overtuigen om voor de waterweg te kiezen.

    Jaarlijks wordt zo’n 40 miljoen ton aan goederen via de binnenvaart vervoerd over het Albertkanaal. Dat is het equivalent van zo’n twee miljoen vrachtwagens per jaar, of 8000 trucks elke dag minder op onze wegen.

    En zo draagt ook de binnenvaart een steentje bij aan het bereiken van de modal shift die nodig is om de verkeersproblemen rond Antwerpen onder controle te krijgen, en de stad bereikbaar te houden in het kader van de grote infrastructuurwerken die er zitten aan te komen.

  • Een win / win op de Oude Landen in Ekeren

    (persbericht)

    Infrastructuurbeheerder Infrabel zal bij het Vlaamse gewest een omgevingsaanvraag indienen om ter hoogte van het gebied Oude Landen in Ekeren de spoorcapaciteit te verhogen en de doorstroming van goederentreinen te verbeteren. Die extra capaciteit is noodzakelijk om een ambitieuze doelstelling te halen: tegen 2030 wil de haven van Antwerpen het aandeel van het goederenvervoer per spoor verdubbelen. Meer goederen op de trein, minder vrachtwagens op de weg en dus goed voor mobiliteit en milieu. In samenspraak met vele betrokkenen werd een plan van aanpak opgesteld.

    Infrastructuurbeheerder Infrabel en zijn dochteronderneming TUC RAIL willen actief de groei van de haven van Antwerpen steunen. Het vormingsstation van Antwerpen-Noord speelt een hoofdrol in dit plan. In een vormingsstation worden goederentreinen gesplitst en samengesteld. Zo’n 80% van alle goederentreinen rijdt via de toegang Antwerpen-Noord de haven binnen en buiten, het is dus een echte slagader. Maar de vlotte doorstroming wordt gehinderd door de zogenaamde “gelijkgrondse kruising Schijn”. Daarom stelt Infrabel voor om deze twee spoorlijnen op een verschillend niveau te bouwen zodat ze mekaar niet meer gelijkgronds kruisen. Zo kan het maximaal aantal treinpassages per uur stijgen. Dit nieuwe project is de spoorvertakking “Oude Landen”. Deze optie is niet alleen veiliger, je krijgt ook meer capaciteit zodat een groter aantal treinen per dag verwerkt kan worden. Dit is een noodzakelijke voorwaarde om meer goederen per trein te kunnen vervoeren zodat er minder per vrachtwagen over de weg gaan. Dit zal resulteren in minder oponthoud waardoor treinen klokvaster kunnen rijden. Voor een logistieke keten is dit een belangrijk gegeven.

    Tegen 2030 wil de haven van Antwerpen het aandeel van het goederenvervoer verdubbelen van 7% naar 15%. Het project “Oude Landen” is een erg belangrijke en noodzakelijke stap om die ambitie te halen.

    Meer capaciteit en minder geluidshinder

    Om dit belangrijke project te realiseren zijn verschillende infrastructuurwerken nodig.  Waar de twee goederenlijnen mekaar nu gelijkgronds kruisen, is er onvoldoende plaats om het nieuwe spoorproject te bouwen.  Daarom werd er gekozen om de toekomstige kruising verder aan te leggen, ter hoogte van De Oude Landen in Ekeren.  Om dit te realiseren moet een aantal bruggen, tunnels en wegen vernieuwd, aangepast of (her)aangelegd worden. In de nieuwe spoorconfiguratie moet één spoorlijn (L11) doorgetrokken worden tot aan de nieuwe kruising “Oude Landen”, waar het over 1 spoor van de andere spoorlijn (L27A) kruist.  Hiervoor wil Infrabel de bestaande bedding op sommige plaatsen aanpassen en op andere locaties zelfs volledig opnieuw aanleggen. Deze berm zal geleidelijk aan in hoogte stijgen.

    Om het hoogteverschil zo goed mogelijk in het landschap te integreren zullen de heuvels op verschillende plaatsen met groen beplant worden.  Ter hoogte van de terreinen van voetbalclub KSK Donk komt een licht hellende berm met een speelbos. Tussen de Kloosterstraat en de Veltwijcklaan kunnen de nieuwe sporen op de bestaande bedding aangelegd worden.  Tussen de Veltwijcklaan en net voorbij de Prinshoeveweg komt de nieuwe bedding dichter naar de bewoning toe, om daarna verder weg van de woningen te liggen. Hier zal er dus minder hinder zijn voor de buurtbewoners. Na overleg met de stad en het district zal er fors geïnvesteerd worden in extra geluidsschermen (zie bijgevoegde, schematische kaart). Ook wordt de fietsroute die het district aanlegde van de Driehoekstraat tot de Bist verder doorgetrokken tot aan de Salaatweg/Laar en zal de onderdoorgang van de Prinshoeveweg, verbreed worden om deze fietsweg naast de rijbaan aan te leggen.

    Natuur en recreatiemogelijkheden

    Tussen de bestaande spoorlijn 12 (Antwerpen – Nederlandse grens), de Prinshoeveweg en de nieuwe spoorberm, zal Infrabel een nieuw natuurpark aanleggen dat zal dienen als overstromingsgebied. De invulling ervan gebeurde in overleg met de toekomstige beheerder, Natuurpunt. Het park zal ook ingericht worden voor wandelaars. Samen met de stad werkt Infrabel ook mee aan een recreatief buurtpark. In een eerste fase zal ingezet worden op de aanleg van het avontuurlijk speelbos op de licht hellende spoorberm. Op vraag van de brandweer komt er naast het spoor ook een bijkomende weg zodat er een goed bereikbare toegang is voor de hulpdiensten. Deze weg wordt aangelegd als een tweerichtingsfietspad dat kan aansluiten op de bovenlokale fietsverbinding van de Kloosterstraat tot de Prinshoeveweg.

    Het is de bedoeling om deze spoorinfrastructuurwerken maximaal te integreren in de omgeving om de leefbaarheid en de opwaardering van de buurt te garanderen. Hiervoor werd in overleg met verschillende belanghebbenden (zoals bv: Departement Leefmilieu, Natuur en Energie, Agentschap Wegen en Verkeer, Agentschap voor Natuur en Bos, Provincie en stad Antwerpen, Erfgoed en Natuurpunt) een aantal milderende maatregelen gedefinieerd en opgenomen in het ontwerp. Infrabel zal nu de omgevingsvergunning voor het project “Oude Landen” aanvragen bij het Vlaamse Gewest. Via het openbare onderzoek zal het nog mogelijk zijn om opmerkingen te formuleren. De gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar zal alles verzamelen en dan een onafhankelijke beslissing nemen.

    (einde persbericht)

  • Antwerpen wint prestigieuze Europese prijs

    (persbericht)

    Antwerpen wint prestigieuze Europese prijs voor participatietraject De Grote Verbinding

    Gisterenavond vond in Praag (Tsjechië) de jaarvergadering plaats van Eurocities, een netwerk van de belangrijkste Europese steden. Daar werden ook de Eurocities awards uitgereikt voor uitstekende prestaties van aangesloten steden die de levenskwaliteit van de burgers verbeteren. Antwerpen kreeg er de hoofdprijs in de categorie ‘Cooperation’ voor het unieke participatietraject van de afgelopen jaren dat resulteerde in De Grote Verbinding. 

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis, kreeg de prijs overhandigd in de Tsjechische hoofdstad Praag tijdens de jaarvergadering van Eurocities 2019. Hij werd op het podium vergezeld door schepen Nabilla Ait Daoud die de stad Antwerpen vertegenwoordigt bij Eurocities,

    Antwerpen kreeg de Eurocities award in de categorie ‘Cooperation’ voor het unieke traject dat de verschillende stakeholders de afgelopen jaren afgelegd hebben om de mobiliteitsproblematiek van de stad aan te pakken, en dat resulteerde in een breed gedragen project: De Grote Verbinding.

    De jury van Eurocities waardeerde met name het innovatieve en grootschalige karakter van het overlegmodel dat achter De Grote Verbinding zit. Ze vermeldde in het bijzonder de rol van de intendant, de nadruk op leefbaarheidsprojecten en de manier waarop de verzamelde kennis van de burgerbewegingen gehonoreerd werd.

    De Antwerpse mobiliteitsproblematiek werd  jarenlang geconfronteerd met grote uitdagingen en ogenschijnlijk onverzoenbare belangen. Door technische experten en burgerbewegingen een sterke en permanente stem te geven in het overleg werd hierop een antwoord gevonden. De stad Antwerpen spoorde hierbij de verschillende partijen aan om tot een consensus te komen, namelijk burgers, stadsplanners, mobiliteitsexperten, ingenieurs en de verschillende betrokken overheden.

    In zijn dankwoord droeg schepen voor mobiliteit Koen Kennis de award uitdrukkelijk op “aan alle 521.000 Antwerpenaren”. Koen Kennis: “Eurocities schuift Antwerpen hiermee uitdrukkelijk naar voor als een voorbeeld van ‘good practice’, een inspiratiebron voor andere steden. De cijfers maken duidelijk dat De Grote Verbinding wérkt: meer dan 50 werkbanken, een 100-tal werksessies, 3500 experten en beleidsmakers, 3000 betrokken burgers, bedrijven en organisaties.”

    Volgens Manu Claeys van stRaten-generaal, naast Ademloos en Ringland 1 van de 3 burgerbewegingen betrokken bij De Grote Verbinding, zat zo’n internationale erkenning voor wat in Antwerpen gebeurt er onvermijdelijk aan te komen. Hij geeft regelmatig lezingen in Nederland over het Antwerpse Toekomstverbond en het participatieproces erachter. “Samen met burgers bouwen aan een stad, het is een uitdaging die elke Europese stad in deze tijden wil aangaan. Met toenemende interesse wordt daarbij gekeken naar het meest ambitieuze medezeggenschap-experiment in ons land, naar de innovatieve werkgemeenschap van ambtenaren, experten, burgers en bestuurders die we de voorbije jaren op poten hebben gezet. Antwerpen is een Europese hotspot op dat vlak. De stad ervaart de erkenning als een bekroning voor nieuwe samenwerkingsformules tussen besturen en hun burgers, en als een aanmoediging om op het ingeslagen pad verder te gaan.”

    Alexander D’Hooghe, die als intendant de volgende jaren De Grote Verbinding zal begeleiden, is blij met de onderscheiding: “Het is heel belangrijk dat Antwerpen internationaal deze erkenning krijgt. Ik denk dat we echt trots mogen zijn op de samenwerking die hier de afgelopen jaren tot stand is gekomen.”

    “Samenwerken is moeilijker dan niet samenwerken”, zegt Luc Hellemans, algemeen directeur van Lantis (Leefbaar Antwerpen door Innovatie en Samenwerken). “Maar samenwerken geeft je een ander perspectief en nieuwe inzichten, wat dit project vele malen heeft verbeterd. Het is de sleutel tot het succes van De Grote Verbinding.”

    De Grote Verbinding

    De komende jaren ligt een van de meest ambitieuze bouwwerven in Noordwest-Europa aan de Schelde. Antwerpen en Vlaanderen bouwen aan een stad waar het goed is om te wonen, te werken, te ondernemen en op bezoek te komen. De Oosterweelverbinding maakt de Ring rond en de overkapping stuurt de auto’s in de toekomst onder de grond. Dit zorgt voor een betere mobiliteit voor Antwerpen, zijn haven en voor Vlaanderen. Bestaande en nieuwe wijken worden met elkaar verbonden, met meer groen en schonere lucht. Het volledige toekomstproject kreeg de toepasselijke naam ‘De Grote Verbinding’.

    Eurocities

    Eurocities is een netwerk van belangrijke Europese steden, vertegenwoordigd door de verkozen lokale en stedelijke overheden. Het netwerk werd opgericht in 1986 door de toenmalige burgemeesters van Barcelona, Rotterdam, Milaan, Lyon, Frankfurt en Birmingham. Vandaag verenigt de organisatie 140 Europese grootsteden en 45 partnersteden, die in totaal 130 miljoen in 39 landen vertegenwoordigen.

    De werking van Eurocities splitst zich op in 6 thematische fora, bestaande uit een brede waaier van werkgroepen, projecten, activiteiten en events, in welke de leden ervaringen delen en inzichten kunnen uitwisselen. Het netwerk werkt nauw samen met de instellingen van de Europese Unie, en buigt zich over problemen die te maken hebben met het dagelijkse leven van de Europeanen.

    Het doel van Eurocities is om als lokale overheden te kunnen wegen op Europese besluitvorming. Meer info vinden geïnteresseerden op http://www.eurocities.eu/.

    (einde persbericht)

  • Samen steeds slimmer naar Antwerpen

    (persbericht)

    Slim naar Antwerpen brengt 60-tal bedrijven, organisaties en aanbieders samen op CEO-bijeenkomst

    In AMUZ vond deze week de jaarlijkse CEO-bijeenkomst van Slim naar Antwerpen plaats. Deze kadert in de samenwerking van de stad met de aangesloten Antwerpse bedrijven om het woon-werkverkeer in en naar de stad te optimaliseren. Circa 60 verschillende bedrijven, organisaties en aanbieders waren vertegenwoordigd op deze inspirerende bijeenkomst, samen goed voor een 100-tal aanwezigen. 

    Op de jaarlijkse CEO-bijeenkomst van Slim naar Antwerpen delen de aanwezige bedrijven inspirerende verhalen, tips, ervaringen en concrete resultaten. Dat gebeurt tijdens thematische gespreksrondes en getuigenissen.

    Het programma was gevarieerd. Zo stelde de Antwerp Management School een flexwerkscan voor, een onlinetool die berekent hoe ver een bedrijf staat op vlak van flexwerken en die adviezen geeft. De tool, die ontwikkeld werd samen met Slim naar Antwerpen en Zuid-Limburg Bereikbaar, werd vandaag officieel gelanceerd. Bij wijze van inspiratie kwam het bedrijf 3M vertellen hoe zij de invoering van flexwerken hebben aangepakt. Havenbedrijf Antwerpen en ExxonMobil gingen in op het thema verkeersveiligheid en hun initiatieven daarrond. DPG Media vertelde over zijn recente verhuis naar Antwerpen en Herfurth Group toonde onder andere hoe je mobiliteit kan laten leven op de werkvloer. Het programma eindigde met enkele creatieve mobiliteitsinitiatieven van Indaver, Fluvius, VF, FOD Justitie en Bycykel. Ook De Grote Verbinding mocht natuurlijk niet in het programma ontbreken, waarmee Antwerpen van mobiliteit een hefboom maakt voor een meer aangename, welvarende en vernieuwde stad.

     De modal shift in Antwerpen

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis gaf een korte toelichting over de mobiliteitscijfers in Antwerpen: “De mobiliteitsbevraging van 2019 (Antwerpse Monitor) toont alvast een positieve trend richting duurzame mobiliteitsoplossingen. In 2019 gebeurt 40,7% van alle woon-werkverplaatsingen met de auto, wat een daling is van bijna 7% ten opzichte van 2017. In het woon-schoolverkeer en de vrijetijdsverplaatsingen zien we een gelijkaardige trend. Deze modal shift is een onontbeerlijk onderdeel van onze mobiliteitsstrategie om Antwerpen bereikbaar te houden.” Voorts omschreef de schepen de rol van de stad als die van facilitator: “Antwerpen staat open voor nieuwe, verfrissende ideeën en knappe koppen die oplossingsgericht denken. Events zoals deze zijn belangrijk om iedereen samen te brengen, en ervaringen en inzichten uit te wisselen.”

     Nieuwe werkgevers

    Ook dit jaar zijn er opnieuw heel wat werkgevers ingestapt in de samenwerking met Slim naar Antwerpen. Maar liefst 21 werkgevers*, samen goed voor circa 13.100 werknemers, werken voortaan mee aan het mobiliteitsverhaal. 20 kmo’s hebben hun deelname vernieuwd, goed voor nog eens 1.430 werknemers.

    Eén van de nieuw toegetreden bedrijven is FOD Justitie. “Het Hof van Beroep en de rechtbank van eerste aanleg trekken magistraten en personeel aan vanuit het hele Vlaamse landsgedeelte, van De Haan tot Tongeren. Door de toenemende mobiliteitsuitdaging willen ook wij meedenken om onze verplaatsingen slimmer te organiseren en zo een efficiëntere werking van justitie te bekomen”, vertelt Tom Hoorens, facilitair verantwoordelijke persgriffier van het Hof van Beroep en Arbeidshof Antwerpen.

    Ondertussen zijn in totaal al 115 Antwerpse werkgevers in de samenwerking ingestapt, samen goed voor bijna 56.000 werknemers.

    Samenwerking met Slim naar Antwerpen

    Slim naar Antwerpen startte in 2016 met de zogenaamde werkgeversaanpak. Dat was een antwoord op de vraag van veel werkgevers in de Antwerpse regio naar duurzame oplossingen voor het woon-werkverkeer van hun werknemers. Een team van bereikbaarheidsmanagers geeft bedrijven vanaf 20 werknemers mobiliteitsadvies op maat en biedt hen samen met enkele partners een reeks producten en diensten aan, waaronder een mobiliteitsscan, een proefaanbod met fietsen en openbaar vervoer, fiscaal advies, contacten met mobiliteitsaanbieders, communicatieve ondersteuning, enzovoort.

     

    Meer informatie over de samenwerking tussen Slim naar Antwerpen en bedrijven is te vinden op https://www.slimnaarantwerpen.be/nl/werkgevers.

  • Zo kunnen de Antwerpse treinstations van de toekomst eruitzien

    (overgenomen uit de Mobiliteitsbrief Gazet van Antwerpen dd. 6 november 2019, artikel geschreven door Patrick Van de Perre) 

    Multimodale verkeersknooppunten heten ze. De vier treinstations die ervoor moeten zorgen dat Antwerpen in alle windrichtingen vlotte verbindingen van en naar de voorstad en verder krijgt. Dat betekent dat er aan het Schijnpoort een nieuw station komt en dat de bestaande stations Luchtbal, Zuid en Berchem een flinke make-over krijgen. “Met uitzondering van het Zuid is er voor iedere stationsomgeving een concept. En die zijn niet alleen veelbelovend, maar ook haalbaar”, zegt de Antwerpse schepen voor Mobiliteit Koen Kennis (N-VA).

    Met uitzondering van het station Antwerpen-Berchem zijn de geselecteerde locaties op dit moment onderbenut. Om ervoor te zorgen dat meer mensen het openbaar vervoer gebruiken en ook vlot van de trein op bijvoorbeeld tram of bus kunnen overstappen, moeten deze plekken verkeersknooppunten worden. Voor drie van de vier locaties liggen er nu conceptontwerpen op tafel.

    “Alexander D’Hooghe gaf in zijn functie als intendant voor de overkapping van de Antwerpse Ring de afdeling architectuur en urbanisatie van het Massachusetts Institute of Technology de opdracht om voor iedere locatie een voorontwerp te maken. Per stationsomgeving hebben telkens drie tot vier studenten een ontwerp gemaakt. En ik moet zeggen dat het resultaat de moeite is. In een aantal gevallen is het project, mits enkele aanpassingen, in principe relatief snel uit te voeren”, zegt Koen Kennis.

    Spaghettiknoop

    De opdracht van de Amerikaanse studenten ging verder dan louter een nieuw station op papier zetten. “Elke vorm van mobiliteit moet aan bod komen. Dus ook deelmobiliteit zoals fietsen en Cambio. De stations liggen of komen te liggen in een gebied tussen het centrum en de voorstad. Dat zijn plekken die nu en zeker in de toekomst meer en meer deel zullen uitmaken van de kernstad. Het zijn buurten die steeds meer bewoners zullen hebben en daar moeten we met onze verkeersknooppunten op inspelen”, vervolgt de schepen.

    Uiteindelijk is alleen de omgeving van station Zuid, aan de Kolonel Silvertopstraat, opnieuw naar de tekentafel gestuurd. “De plannen waren te weinig concreet. Dus voor deze locatie moet er nog verder nagedacht worden. Dat belet niet dat deze locatie vrijwel zeker de eerste is die zal worden aangepakt. In 2022 wordt gestart met de heraanleg van de spaghettiknoop gestart. Tegelijkertijd of aansluitend willen we ook het station gebruiksvriendelijker te maken.”

    Flixbus

    De stad Antwerpen gaat nu op zoek naar partners die de projecten mee wil financieren. “In een aantal gevallen kunnen we de ontwikkeling van de stationsomgevingen deels financieren met het geld uit de leefbaarheidsprojecten die zijn geselecteerd. Maar daarmee alleen komen we er niet. Voor de hand liggende partners zijn onder meer De Lijn en de NMBS. Maar ook projectontwikkelaars. Het is immers de bedoeling om in de vernieuwde stations bijvoorbeeld ook kantoorruimte te bouwen”, zegt Koen Kennis.

    Een potentiële partner in de private sector is de uitbater van Flix. Dat bedrijf verzorgt goedkope busreizen door heel Europa. “Hun standplaats in Antwerpen is op dit moment het Koningin Astridplein. Maar op termijn moeten deze bus een andere op- en afstapplaats krijgen. Als je weet dat Flix in Antwerpen jaarlijks 400.000 mensen brengt en haalt, is het duidelijk dat zij een belangrijke partner kunnen zijn. In het buitenland, onder meer in Parijs, financiert het bedrijf bovendien een volledig nieuwe terminal voor hun bussen buiten het centrum. Dat kan ook in Antwerpen.”

    Station Schijnpoort

    Op de kop van Spoor Oost, waar nu het centrum van Free Clinic en het tankstation van Q8 gevestigd zijn, kan een volledig nieuw station komen / of: zien de studenten een  volledig nieuw station (komen). De treinsporen, over de Schijnpoortweg, liggen er al. Alleen de omgeving moet nog aangepast worden.

    “Het toekomstige verkeersknooppunt sluit mooi aan op de voetgangers- en fietsersbrug naar het Sportpaleis die nu wordt gelegd. Op de kop van Spoor Oost is er ruimte voor perrons voor bussen en trams. Op die plek kan er een hellend vlak komen dat rechtstreeks naar de bestaande premetro leidt”, licht Koen Kennis toe.

    Volgens het conceptontwerp komen er ook liften naar de perrons en een fietsparking op het verkeersknooppunt. Ook een terminus voor de Flixbussen behoort tot de mogelijkheden. Op de site is een gebouw getekend dat dienst doet als stationshal en kantoorruimte. Koen Kennis schat dat dit project binnen de vijf tot zeven jaar kan uitgevoerd worden.

    Station Luchtbal


    Dit bestaande station heeft nu trappen naar zes perrons. “Station Luchtbal kan de meest noordelijke verkeersknoop van Antwerpen worden. Om ruimte te creëren moet een bestaande hangar en een kantoorgebouw verdwijnen. Het voordeel is dat het station, dankzij de overkapping, ook zonder hindernissen aansluit bij Merksem”, zegt Koen Kennis.

    In het conceptontwerp komt er een stationsgebouw dat meteen ook de ingang is naar de perrons. in dat gebouw zal ook ruimte zijn voor kantoren en andere diensten. “Het is de bedoeling dat er sporen worden bijgelegd en dat er een vlotte verbinding komt met de tram- en buslijnen die er nu al passeren. Verder komen er ook fietsvoorzieningen en plekken voor verschillende vormen van deelmobiliteit.”

    Volgens Koen Kennis is het ontwerp voor station Luchtbal zonder al te grote aanpassingen uit te voeren. De geschatte timing is tussen de zes en de tien jaar.

    Station Berchem


    De plannen voor de omgeving van het station van Berchem zijn het meest verregaand en nog niet voor meteen. In het conceptontwerp verdwijnt het huidige station en komt er een nieuw over de Ring achter het nieuwe Post X. “Of dergelijke constructie mogelijk is op de overkapping moet nog worden uitgezocht. De sporen liggen er alvast”, zegt Koen Kennis.

    In het plan komt er een ondergrondse parkeer garage die rechtstreeks is aangesloten op de tegen dan overkapte Ring. Bovengronds worden de bestaande tramsporen beter toegankelijk gemaakt  vanaf het station. “Er is ook voorzien dat er een nieuw tramspoor naast het station komt voor wat ooit de Ringlijn kan zijn.”

    Volgens Koen Kennis zijn de plannen een voorbeeld van “out of the box-denken” en zeer ambitieus. “Alles valt of staat met de technische haalbaarheid. Mooi is dat er in het ontwerp op deze plek een toren komt die even hoog is als de Boerentoren. De invulling daarvan kans divers zijn en aansluiten op de huidige functies van Post X.” Koen Kennis schat dat het nog minstens vijftien jaar zal duren voor deze plannen uitgevoerd wordt. Het gebied is immers niet opgenomen in de eerste geselecteerde leefbaarheidsprojecten op en rond de Ring.

    PS: Inschrijven op de Mobiliteitsnieuwsbrief van Gazet van Antwerpen kan door hier te klikken.

  • Het Ringfietspad 2.0

     

    Vandaag mocht ik, precies 1 jaar na de start van de werken het vernieuwde Ringfietspad tussen de Luitenant Lippenslaan en de Stenenburg openen, zeg maar het Ringfietspad 2.0

    Van 6 november 2018 tot 6 november 2019 werd hier hard gewerkt, precies 1 jaar.  Een mooi toeval, maar het is dan ook een mooi project.

    Het Ringfietspad is voor Antwerpen heel belangrijk: een rode loper voor fietsers van aan de Scheldekaaien tot aan het Sportpaleis.

    Dat moet een snelle en veilige route zijn, eentje zonder hindernissen. Aan de Stenenbrug moesten de fietsers een druk kruispunt met auto’s en trams kruisen, en verloren ze uiteraard ook tijd aan de stoplichten.

    Die verloren tijd is nu verleden tijd. Veiligheid is nu een prioriteit.
    Vanaf vandaag fietsen de duizenden tweewielers die daar elke dag passeren over een volledig vernieuwd fietspad tussen de Luitenant Lippenslaan en de Stenenbrug. 4 meter breed, 1 meter breder dan het fietspad dat er vroeger lag.

    Ook aan de voetgangers is gedacht. Die hebben een onverharde zone van 1,8 meter breed gekregen. Vroeger was er voor voetgangers niets voorzien.
    Ook aan de verlichting is gedacht, want een goed verlicht fietspad draagt bij tot het veiligheidsgevoel.

     

    Maar niet alleen de veiligheid en het fietscomfort gaan er hier op vooruit. Ook de leefbaarheid.

    De maatregelen die we nemen tegen geluidsoverlast, daar kan je niet naast kijken.

    Dat doen we vooral met verhoogde bermen, 3 meter hoog, tussen fietspad en ring, waar  we 5400 boompjes gaan planten zo gauw de temperatuur het toelaat: dicht tegen elkaar, met als voordelen
    – absorptie van fijn stof
    – minder lawaai

    De stad werkt voor de observatie en opvolging van de leefbaarheidswinst samen met de UGent, maar ik weet uit eerste hand van buurtbewoners dat zij daar nu al de vruchten van plukken.

    Want het blijft hier niet bij. We willen uit dit project leren voor de heraanleg van andere delen van het Ringfietspad.

    (onderstaand: persbericht)

    Ringfietspad tussen Luitenant Lippenslaan en onder Stenenbrug door is klaar

     

    Van aan de Stenenbrug tot de Luitenant Lippenslaan is het Ringfietspad vernieuwd en onder de Stenenbrug doorgetrokken. Zo kunnen de fietsers er voortaan zonder hindernissen doorrijden. Samen met deze werken is er langs het Ringfietspad een berm gebouwd om een van de leefbaarheidsmaatregelen langs de Ring uit te testen. Zodra de temperatuur het toelaat, plant de stad hier nog 5400 nieuwe boompjes en aangepaste beplanting.

    Het vernieuwde Ringfietspad tussen de Luitenant Lippenslaan en de Stenenbrug is 4 meter breed, 1 meter breder dan het oude fietspad. Naast het fietspad is een onverharde wandelzone van 1,8 meter.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: ‘Fietscomfort en veiligheid gaan hand in hand bij deze heraanleg. Iets voorbij het speelpleintje aan de Joe Englishstraat kunnen fietsers voortaan onder de Stenenbrug doorrijden naar de Collegelaan en zo het drukke kruispunt bovengronds vermijden.’

    Via de fietspaden op de Stenenbrug kunnen fietsers van het Ringfietspad van noord naar zuid en omgekeerd het Singelfietspad gebruiken en de nieuwe doorgang onder de op- en afrit van de E313/E34 door, in plaats van de vorige situatie waarbij ze moesten rondrijden langs de Collegelaan en het Rivierenhof. De onderdoorgang aan de Stenenbrug zorgt ervoor dat het laatste conflict tussen auto’s en fietsers weggewerkt wordt, en dat fietsers zonder hindernissen kunnen doorfietsen.

    Leefbaarheidsmaatregelen: geluidsberm

    Langs dit stukje van het Ringfietspad is er tussen fietspad en Ring een groene berm aangelegd. De vandaag nog kale berm wordt zodra het plantseizoen van start is gegaan voorzien van 5400 nieuwe boompjes, heesters en aangepaste beplanting. Deze geluidsberm is een eerste uitvoering van een van de leefbaarheidsprojecten langs de Ring.

    Schepen Koen Kennis: “In de zomer van 2020, nadat het nieuwe aangeplante groen de kans heeft gekregen om in bloei te komen, gaat de UGent opnieuw objectieve geluidsmetingen doen. Ook herhalen we de bevraging van hoe fietsers, voetgangers en bewoners het geluid op het op deze plek na de heraanleg ervaren. Je voelt nu al dat de geluidsdruk op het fietspad verlaagd is en ik ben dan ook zeer benieuwd naar de officiële resultaten.”