Category: Stad Antwerpen

  • Slimme schakels: stad zet verdere stappen voor uitrol

    (persbericht)

    Stad Antwerpen wil het gebruiken en combineren van duurzame vervoerswijzen stimuleren, onder meer door de uitbouw van slimme schakels of mobipunten. Het doel is om de eerstkomende jaren verschillende bestaande mobiliteitsknooppunten te verbeteren met onder andere fietsenstallingen, duidelijke bewegwijzering en herkenbare signalisatie, en nieuwe aan te leggen.  

    De vervoerregio, stad Antwerpen en de districten duidden samen circa 130 locaties als slimme schakel aan, verspreid over het grondgebied van de stad. De indeling gebeurt in vier categorieën al naargelang de locatie en de aangeboden verbindingen: interregionaal, regionaal, lokaal en buurt.

    Uniforme en herkenbare bewegwijzering

    Uitdagingen zijn onder andere om de mobiliteitsknooppunten beter in te richten, en de verschillende vervoersmodi zo dicht mogelijk bij elkaar te brengen. Om de drempel van het overstappen te verlagen en de reiziger duidelijk te maken welke diensten aanwezig zijn, krijgt elk knooppunt bewegwijzering naar waar de verschillende vervoersmogelijkheden zich bevinden.

    Daartoe werden duidelijke ontwerprichtlijnen opgesteld die het stadsbestuur nu goedkeurde. Die zullen voor uniformiteit en duidelijkheid in de bewegwijzering zorgen, wat de herkenbaarheid en het vertrouwen in de knooppunten ten goede moet komen.

    In een eerste fase worden vijf proeflocaties uitgewerkt, namelijk Operaplein, Olympiade, Mediaplein en Antwerpen-Centraal in district Antwerpen en Bist in district Wilrijk. Het voorbereidend werk voor deze locaties is al opgestart. Deze eerste vijf locaties zullen gefaseerd uitgerold worden zodat het project kan worden geëvalueerd en bijgesteld waar nodig.

    Vijf nieuwe, overdekte fietsenstallingen  

    Het fietsgebruik zit in de lift en fietsers kiezen ook steeds vaker voor duurdere modellen. Om fietsen nog verder te stimuleren, zal de stad bij een deel van de slimme schakels afgesloten fietsenstallingen met groendak installeren. Ze zijn in de eerste plaats bedoeld voor reizigers/bezoekers, die op deze strategische locaties kunnen overstappen op een andere vervoersmodus.

    Het Antwerpse college keurde de plannen goed voor de inplanting van al vijf dergelijke fietsenstallingen. Op basis van deze plannen wordt vervolgens een aanvraag van omgevingsvergunning ingediend. De effectieve plaatsing gebeurt ten vroegste in juni. De locaties die voorliggen zijn:

    1. Schoonselhof (20 fietsen)
    2. Station Luchtbal (40 fietsen)
    3. P+R Olympiade (40 plaatsen)
    4. Zwaantjes (10 plaatsen)
    5. Bist (20 plaatsen)

    De stad onderzoekt nog meer locaties waar nieuwe inplantingen mogelijk zijn.

    Koen Kennis, schepen voor mobiliteit: “Deze fietsstallingen worden handig, veilig en functioneel, en met hun groendaken worden het bovendien echte blikvangers. De locaties hebben we zorgvuldig gekozen om overstappen van vervoersmiddelen te vergemakkelijken.” 

    Antwerpse Hoppinzuil 

    Op Vlaams niveau worden de mobiliteitsknooppunten Hoppinpunten genoemd. De plaatsing van een herkenbare ‘hoppinzuil’ is door het Vlaams Gewest verplicht om aanspraak te kunnen maken op de gewestelijke subsidies voor de realisatie ervan. Stad Antwerpen deed in samenspraak met het Vlaams Gewest een ontwerpoefening om deze zuil visueel aansluiting te laten maken op de huisstijl van stad Antwerpen. Het resultaat is de Antwerpse Hoppinzuil. Het Vlaams Gewest gaat akkoord met het gebruik van deze Antwerpse Hoppinzuil als alternatief voor de standaard Hoppinzuil.

  • Antwerpen is ‘proper oep z’n eigen’

    (toespraak op het Ethias Event, donderdag 9 maart 2023 in het MAS, Antwerpen)

    Goeienavond iedereen,

    Welkom hier in het MAS.

    Dank en felicitaties aan Ethias om ons hier samen te brengen,
    dank aan u, aanwezigen, om tijd te maken om elkaar hier te zien.

    Ik hecht groot belang aan avonden als deze. Hier kunnen lokale beleidsmakers, parlementsleden, burgemeesters en schepenen, bestuurders van overheidsbedrijven,  CEO’s en CFO’s informeel van gedachten wisselen en netwerken.

    Dames en heren,

    Ik weet dat Antwerpenaren vaak verweten wordt chauvinist te zijn, en ik zal de laatste zijn om dat te ontkennen. Maar als grootste stad van Vlaanderen mogen we af en toe wel eens van ons laten horen, zeker als we iets te vertellen hebben.

    Als schepen voor financiën moet ik mijn handtekening zetten onder de meerjarenplannen van de grootste stad van Vlaanderen.

    Ik trap een open deur in als ik zeg dat die plannen deze legislatuur extra zorg nodig hadden, en dan zeker de herzieningen.

    Eerst was er de coronacrisis die de hele samenleving tot stilstand dwong.

    Daarna de start van de oorlog in Oekraïne, ‘met alle gevolgen vandien’ zoals dat heet.

    Stijgende energieprijzen, inflatie, loonkosten die de pan uitswingen, met aan de horizon een grote pensioenlast die opdoemt. En daar zit ook de link met Ethias uiteraard, als beheerder van onze 1ste pensioenpijler.

    Die coronacrisis zijn we in Antwerpen goed doorgekomen,
    dankzij de inzet van onze zorgsector en de solidariteit van onze bewoners,
    en door als stadsbestuur snel te schakelen.

    Twee dagen na de eerste lockdown reserveerde het college 50 miljoen euro voor maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. Op dat ogenblik was uiteraard nog niet duidelijk hoe lang de maatregelen zouden moeten aangehouden worden.

    In totaal trok het stadsbestuur voor het coronafonds 65 miljoen euro uit.

    Dankzij dit fonds loodsten we het sociaal-economische weefsel in Antwerpen intact door de crisis.

    En toen kwam de volgende crisis.

    Ik denk dat ik mag spreken voor mijn collega-schepenen en de burgemeesters hier aanwezig.

    De gevolgen van de stijgende energieprijzen en de directe impact van de versnelde indexering van de lonen wegen op de budgetten van alle lokale overheden.

    Wie voorheen geen voorzichtig financieel beleid voerde, voelt de crisis des te harder.

    Onze laatste aanpassing van de meerjarenplanning was er 1 waarin Antwerpen de tering naar de nering zette.

    Er is een Antwerpse uitdrukking die zegt ‘hij is proper oep z’n eigen’.

    Dat betekent zoveel als dat iemand goed voor zichzelf kan zorgen.

    Dames en heren, verantwoord bestuur, of het nu gaat om een lokale overheid of over een openbaar bedrijf, begint met kritisch kijken naar de eigen organisatie.

    Antwerpen voert een voorzichtig financieel beleid.
    Dat heeft ons verlost van de curatele van de Vlaamse regering waar we onder stonden, en dat heeft ons door de coronacrisis geloodst zonder putten te graven.

    Datzelfde kan van de federale overheid niet gezegd worden.

    De overheidsschuld van België is zo groot dat het zich geen crisis meer kan veroorloven – het gegoochel met cijfers en letters tussen premier De Croo en staatssecretaris voor begroting Eva De Bleeker enkele maanden geleden kan dat niet verbergen.

    Vlaanderen is de enige deelstaat die een begroting in evenwicht kan neerleggen, de andere overheden lijken zich bij de feiten neer te leggen.

    Dames en heren, de Vlaamse Regering noemt de lokale overheden investeringsorganen bij uitstek.

    In Antwerpen liggen ambitieuze plannen voor ongeveer 2 miljard investeringen klaar. Vlaanderen vertrouwt de lokale besturen, wel: Antwerpen zal dat vertrouwen niet beschamen.

    Ons recept is:
    de stad financieel gezond houden
    daar te investeren waar er nood aan is
    onze eerdere beloften nakomen
    onze burgers niet nog meer belasten
    geen schulden maken voor volgende generaties.

    Zo eenvoudig kan het inderdaad zijn.

    Daarmee wil het Antwerpse stadsbestuur de stad leefbaar, bereikbaar, veilig zal houden, klaar om de economische motor van Vlaanderen te blijven.

    Dames en heren, ik kijk samen met u uit naar het vervolg van deze avond.

     

  • De Oscars voor de Deurnese ondernemers

    (toespraak op het Gala van de Deurnese Ondernemer van het Jaar in kasteel Rivierenhof, vrijdag 10 maart 2023)

    Trotse schepen en trotse ondernemers: ‘Lifetime Achievement Award’: Carine, Billie en Woody van IJssalon Pinguin – Herentalsebaan. (foto door Stefan Lambrechts)

    Goeienavond iedereen,

    Welkom in dit fraaie decor, een decor dat past bij de gelegenheid: de onderscheiding van de ondernemers van het jaar in Deurne.

    Het doet mij als schepen voor middenstand erg veel plezier om zulke initiatieven te zien ontstaan.

    Het wijst op betrokkenheid, het wijst op fierheid, het wijst op goesting, het wijst op de drang om beter te doen.

    Allemaal ingrediënten die een ondernemer nodig heeft om succesvol te zijn.

    Het wijst ook op een onderliggend netwerk. Dat is een pluim op de hoed van de mensen die deze avond in elkaar steken, de lokale economieraad van Deurne.

    Dank daarvoor. Een goed georganiseerd netwerk van handelaren is goud waard voor district en stad, en finaal ook – en dat is toch uiteindelijk het allerbelangrijkste – voor jullie klanten.

    ‘Beste Vrouwelijke Ondernemer’: Tessa Mariën van Leonidas Deurne – Gallifortlei. (foto Stefan Lambrechts)

    Dames en heren,

    ik wijs graag op enkele zaken die actueel zijn in Deurne en relevant voor de lokale middenstand.

    Als ‘ondernemen vooruit kijken’ is, dan  is een stad besturen dat net zo goed.

    Ik kijk met u naar 2030. Dat is ver vooruit, en toch ook maar 7 jaar verder.

    In 2030 zullen de stad en Deurne-Noord verbonden zijn door de inplanting van Ringpark Het Schijn. Niet langer dat lelijk, lawaaierige viaduct aan het Sportpaleis, maar een groene corridor over een gedeeltelijk overkapte ring. Zie ook dit artikel.
    De tram moeten dan doorgetrokken zijn over de Bisschoppenhoflaan. De Ten Eekhovelei wordt de toegangspoort tot dat nieuwe Ringpark Het Schijn, dat naadloos zal overgaan in het Rivierenhof.

    Deurne-Noord krijgt met andere woorden een ongelofelijke kwaliteitsinjectie voor iedereen die daar woont en werkt.

    De Frank Craeybeckxlaan, hier vlakbij, zal een plein worden met tal van overstapmogelijkheden, een slim mobiliteitspunt, met nieuw groen. We plannen ook 2 nieuwe buurtparkings daar, 1 nieuwe werd recent nog opgeleverd.

    Ik weet dat werven vaak voor overlast zorgen. Je kan geen omelet bakken zonder eieren te breken, wordt dan gezegd.

    ‘Meest Duurzame Onderneming’: Ruth Vanreusel en collega van RICO Lab – Cogelsplein. (foto door Stefan Lambrechts)

    Ik weet dat dit ook speelt op de Herentalsebaan, waarvan het laatste deel voorbij AZ Monica aangepakt wordt.

    Ik dring aan bij De Lijn op een zo kort mogelijke werfperiode en dit met behoud van alle tramlijnen. Als schepen voor mobiliteit en dus ook als minister van mobiliteit draag je verantwoordelijkheid voor de impact van werken.

    Wie naar het reeds heraan gelegde deel kijkt, weet dat het de moeite waard zal zijn. Sinds kort is ook parking Keteleer vernieuwd en uitgebreid van 47 naar 105 plaatsen. Aansluitend op de bijgestuurde plannen voor de Arenawijk is ook besloten parking Arena aan de Herentalsebaan te behouden.

    Daar, op de Herentalsebaan, is de samenwerking met de handelaars trouwens voorbeeldig. Een voorbeeld voor alle winkelstraten.

    Dames en heren, ik weet dat er werkpunten zijn.

    Ik heb tijdens de coronacrisis gezien / gemerkt hoe weerbaar het ondernemersweefsel is in deze stad. Samen zijn we er doorgekomen. Meer dan ooit maakte die crisis duidelijk dat samenwerking loont.

    Beste Starter’: Proficiat aan Barbele en Benjamin van Foodmaker Deurne – Sportoase Park Groot Schijn. (foto door Stefan Lambrechts)

    En dan kom ik terug bij mijn beginpunt:
    goed dat deze avond er is,
    goed dat hier straks enkele mensen in de bloemetjes gezet zullen worden,
    goed om elkaar beter te leren kennen

    Morgen is ’t weer werkendag, maar vanavond is het feest. Het feest van de Deurnese ondernemers. Ik wens de laureaten nu al proficiat, en blijf met veel plezier nog even in jullie gezelschap.

  • Stad gaat voor maximale overkapping noordelijke Ring

    (persbericht)

    Een mogelijk toekomstbeeld van het Ringpark Het Schijn met bijkomende overkapping Schijnvallei. ©Omgeving en De Urbanisten

    Het Antwerpse stadsbestuur besliste in samenspraak met Vlaanderen om vijf extra overkappingen te voorzien op de Ring, voor de Ringparken Groenendaal, Lobroekdok en Het Schijn. Door deze uitbreiding met een totale lengte van 1,2 kilometer zal er op de noordelijke Ring nog heel wat extra openbare parkruimte bijkomen.

    Stad Antwerpen en Vlaanderen gaven de opdracht aan Lantis om de haalbaarheid van de reserveleefbaarheidsprojecten van De Grote Verbinding te bepalen. De gevraagde onderzoeken werden afgerond en daaruit blijkt dat de extra overkappingsstukken een zeer positieve bijkomende impact zullen hebben op de leefbaarheid in deze zone. Daarom werd beslist om ze effectief uit te voeren.

    Vijf extra overkappingen

    Deze vijf projecten komen er bovenop de 18 leefbaarheidsprojecten die reeds beslist waren in 2018.

    • Kap Groen Hart 
      ​De meest noordelijke overkapping van de R1 verbindt bestaande parken in Merksem en Luchtbal. Deze kap is 450 meter lang en heeft twee passerelles over de treinsporen. Ze zorgt voor aanzienlijke leefbaarheidsbaten: reductie van groentekorten op wijkniveau, reductie van de geluidshinder en een lichte verbetering van de luchtkwaliteit.
    • Verlengde Kap Dam
      ​Een verlenging (50 meter) van de overkapping van de noordwestelijke hoek zorgt vooral voor een betere verbinding binnen het park aan beide zijden van de sleuf.
    • Kap Kalverwei 
      ​Een 60 meter brede overbrugging van de Ring halverwege de sleuf aan het Lobroekdok. Die laat een netwerk van de routes binnen het park toe en verankert de kortste routes tussen de binnen- en buitenzijde van de Ring.
    • Kap Schijnvallei 
      ​Door de noordelijke rijrichting van de Ring hier 590 meter te overkappen wordt de geluidshinder in het ringpark en in de aanpalende woonwijk aan de Ten Eekhovelei. gereduceerd. Deze kap biedt ook een nuttige bijkomende park-oppervlakte langs het smalste segment in het Ringpark en zorgt voor betere fietsverbindingen over de overblijvende bovengrondse wegen.
    • Verlengde Kap Hof Ter Lo
      Een uitbreiding in zuidelijke richting van 90 meter geeft een positief effect op de luchtkwaliteit (2,1 hectare) en geluidskwaliteit (3,2 hectare). Het zorgt ervoor dat Kap Hof Ter Lo bereikbaar wordt vanuit Borgerhout.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “We bewijzen hier dat mobiliteit en leefbaarheid hand in hand gaan, meer zelfs: elkaar kunnen versterken. Een bereikbare stad is een stad waar het goed leven en werken is. Hiermee maken we Antwerpen klaar voor de toekomst.”

    Maximale overkapping noordelijke Ring

    De beslissing om deze reserveleefbaarheidsprojecten mee op te nemen zorgt voor een stabiel en zeker uitvoeringskader van de Oosterweelverbinding en de eerste fase leefbaarheidsprojecten in deze zone. Er is dan nadien geen nood meer aan bijkomende ontwerpwijzigingen, extra leefbaarheidsprojecten of overkappingen in de projectzone R1-Noord. Vlaanderen en stad Antwerpen kunnen op die manier hun engagement nakomen voor de maximale overkapping ter hoogte van de Oosterweelverbinding. Het afsprakenkader tussen overheden en burgerbewegingen is dan voor wat betreft de Ring ter hoogte van de Oosterweelverbinding volledig gehonoreerd. Het project is dan volledig geoptimaliseerd op de balans mobiliteit-leefbaarheid. Samengevat, de uitvoering kan gebeuren volgens de principes van het Toekomstverbond, mét maximale overkapping.

    Deze bijkomende overkappingen geven significante bijkomende leefbaarheidswinsten, zoals hierboven opgesomd (geluid, lucht, groentekorten). Vanuit het standpunt van sociale veiligheid in de parken, zorgen de grote circulatie en verbindingen tussen de verschillende delen voor een belangrijke verbetering, ze versterken de dwarse verbindingen en doen de Ring zo maximaal mogelijk vergeten.

    Alle info over De Grote Verbinding is te vinden op www.degroteverbinding.be.

     

  • Procedure voor Scheldebrug voor fietsers en voetgangers wordt verder uitgewerkt

    Mogelijk toekomstbeeld van de fietsers-en voetgangersbrug over de Schelde. ©Omgeving & SBE

    (persbericht)

    Het Antwerpse stadsbestuur besliste, in navolging van de Vlaamse Regering, om de procedure voor de Scheldebrug verder uit te werken. Dat is de voorkeursvariant voor een bijkomende voetgangers- en fietserskruising van de Schelde in het kader van De Grote Verbinding. Als alles vlot verloopt kan dit najaar het concrete bestek afgerond worden, zodat in de eerste helft van volgend jaar de aanbesteding kan starten.

    Binnen het Toekomstverbond werd in juni 2018 een ‘vaste oeververbinding’ als een van de 18 leefbaarheidsprojecten geselecteerd om zowel de (verkeers)leefbaarheid als de modal shift in de Antwerpse regio te verbeteren.

    De stad werkt, tezamen met De Vlaamse Waterweg nv, de procedure voor de Scheldebrug nu verder uit, volgens de modaliteiten beslist door de Vlaamse regering eind december vorig jaar. Samen met Vlaanderen worden de gunningsprocedure en -documenten opgezet, volgens de aanbestedingsvorm ‘Design Build Maintain’ (DBM). Daarbij worden het ontwerp, de bouw en het onderhoud in één enkel contract aanbesteed en toevertrouwd aan een marktpartij of een consortium van marktpartijen.

    Onderzoeken 

    De keuze van de Scheldebrug als voorkeursalternatief voor de Scheldekruising voor fietsers en voetgangers zorgde voor een aantal bezorgheden bij verschillende stakeholders: zowel fietsersorganisaties, nautische gebruikers als stroomopwaarts gelegen watergebonden bedrijven hadden hun specifieke bedenkingen bij een (deels beweegbare) brug als voorkeursalternatief.

    De Vlaamse Waterweg nv onderzocht, in samenwerking met stad Antwerpen en Team Intendant en in overleg met de stakeholders deze opmerkingen.

    Een mobiliteitsstudie wees uit dat het Scheldekruisend fietsnetwerk met Scheldebrug voldoende robuust is, en ook een hogere bijdrage levert aan de modal shift dan systemen met een veer of kabelbaan. Een aanvaringsrisicoanalyse bevestigde het vooropgestelde brugconcept en het nut van de mitigerende maatregelen voorgesteld door DAB Loodswezen. Een analyse van de scheepvaart van en naar de stroomopwaartse bedrijven leerde dat de brug een operationele en economische impact heeft. Die kan echter gedeeltelijk opgevangen worden door onder meer het voorzien van een uitneembaar brugdeel.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “De Scheldebrug zal een enorme bijdrage leveren voor de modal shift van stad en regio. Ze zal aantakken op een reeks nieuwe fietsverbindingen in alle windrichtingen, en tegelijk het sluitstuk zijn van een heuse fietsring rond Antwerpen.”

    Er zijn momenteel nog een aantal technische voorbereidende studies lopende; andere worden nog opgestart met het oog op de realisatie van het brugproject.

    Gunningsprocedure/aanbestedingsvorm 

    Voor de Scheldebrug werd een taakstellend budget van 254 miljoen euro vastgelegd, dat jaarlijks met maximaal 2% geïndexeerd wordt. De bouw van de brug vormt een project met een aantal grote uitdagingen. Daarom is het belangrijk om de aanbestedingsvorm te kiezen die het best tegemoetkomt aan het beheersen van deze uitdagingen.

    Een uitgebreide afweging van de mogelijke procedures wees uit dat een geïntegreerde aanpak via een DBM-vorm binnen het financiële model voor de leefbaarheidsprojecten en de globale marktsituatie te verkiezen is.

    Verder traject  

    De komende maanden zullen stad Antwerpen en De Vlaamse Waterweg nv de krijtlijnen van het bestek verder co-creatief vastleggen, binnen de werkbank Scheldebrug. Om vervolgens, als alles vlot verloopt, dit najaar de synthese naar een concreet bestek af te ronden. In de eerste helft van 2024 kan de aanbesteding dan starten.

    Alle info over De Grote Verbinding is te vinden op www.degroteverbinding.be.

     

     

     

  • De Antwerp Business Event-vibe

    Met Tom Hofman (organisator van ABE2023) en presentator Harry van Hest.

    (toespraak bij opening Antwerp Business Event, Kinepolis, 9 maart 2023)

    Goeiemorgen iedereen, dames en heren,
    Het is fijn om hier weer te gast te zijn. Het is een weerzien, want een bepaald virus stak stokken in de wielen. De avond van de vorige editie, in 2020, ging het land in lockdown.

    Dit is dus de uitgestelde 5de editie, en dat is op zich al een mooi getal. Een lustrum. Maar het is dus ook een terugkeer.

    Des te leuker is het om hier bekende gezichten te zien, en om de dynamiek te voelen die dit event altijd gekenmerkt heeft.De A

    De basis van de beurs is steeds dezelfde: in een ongedwongen sfeer komen kennis maken met andere Antwerpse ondernemers en bedrijven.

    De Antwerp Business Event-vibe, dames en heren!

    Dat is de verdienste van 1 jongeman in het bijzonder: Tom Hofman. Het eerste applaus van de dag is voor hem.

    Dames en heren,

    dat er meer nodig is dan een virus om het Antwerpse ondernemersweefsel onderuit te halen, is mij al langer duidelijk.

    Dat merkte ik met name in de manier waarop ik met de ondernemers, in alle sectoren, samengewerkt hebben om de crisis te bekampen.

    Dat het Antwerp Business Event nu kan uitpakken met zo’n mooi deelnemersveld, met meer dan 1000 inschrijvingen,  met meer dan 60 standhouders en een mooi aanbod gastsprekers, dat spreekt boekdelen.

    Proficiat ook aan de partners van het Antwerp Business Event voor hun steun: UNIZO, KBC, VDAB, Caluwaerts-Uytterhoeven en Acerta.

    Hier zien we het bewijs wat dit stadsbestuur zo vaak herhaalt, met succes: Antwerpen is open for business!

    Dank voor uw aandacht en tot volgend jaar.

     

  • Nieuw fietspad maakt Ekerse fietsring bijna compleet

    (persbericht)

    De stad keurde het ontwerp goed voor een nieuw stuk fietsostrade (FR02) langs de spoorbocht in Ekeren. Dit stuk loopt van de Bist, langsheen de Veltwijcklaan tot aan de Prinshoeveweg. Met de aanleg van dit fietspad is de ‘fietsring’ rond Ekeren bijna compleet, met in een latere fase nog een fietspad langs De Oude Landen tot aan Laar en Salaatweg.

    Ook ten noorden van de stad laten de werken aan de Oosterweelverbinding zich stilaan voelen. In en rond Ekeren worden daarom fietsverbindingen aangelegd om het groeiend aantal fietsers het nodige comfort te geven.

    Met de goedkeurig voor dit nieuwe stuk fietsostrade wordt een belangrijke missing link in Ekeren weggewerkt. Door de aanleg vervolledigen het district en de stad de Ekerse fietsring. De fietsring volgt dan het hele spoorwegtalud: van de Wilgehoevestraat in het noordwesten tot de Prinshoeveweg in het oosten, achter de huizenrijen door. Het fietspad dwarst daarbij de Bist, de Veltwijcklaan en de Prinshoeveweg.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “We werken in de regio aan een modal shift. Als we meer mensen uit de auto en op de fiets willen krijgen, moeten we comfortabele en veilige fietsinfrastructuur aanleggen, die logische verbindingen maakt. Dat is precies wat stad en district hier doen. Ook in de nabije toekomst plannen we op dat vlak investeringen.”

    Toekomstige werken fietsring Ekeren

    Stad en district rollen de spreekwoordelijke rode loper uit voor fietsers in Ekeren.

    Samen met het spoorwegproject ‘Oude Landen’ zal de fietsostrade aan de Prinshoeveweg doorgetrokken worden tot aan het Laar en Salaadweg, waar het aansluit op het dubbelrichtingsfietspad van het Laar.

    “Met dit nieuwe stuk veilig en comfortabel fietspad vervolledigen we een belangrijke missing link in onze fietsring van Ekeren en onderstrepen we dat Ekeren samen met de stad blijft investeren in goede en snelle fietsverbindingen”, zegt Ekers districtsburgemeester Koen Palinckx.

    Marc Elseviers, Ekers districtsschepen voor o.a. mobiliteit, vult aan: “We zorgen voor meer fietsmobiliteit in en rond Ekeren. Dit verhoogt de veiligheid en de doorstroming van de fietsers.”

    Impact voor de omgeving

    Bij de aanleg van het fietspad wordt de wegversmalling onder de brug van de Prinshoeveweg doorgetrokken en de oversteek aan de Veltwijcklaan geoptimaliseerd in functie van de bestaande bomen. Dit zal gedurende een korte periode hinder geven op deze 2 rijbanen.

    De oversteekplaats aan De Bist zal geen hinder ondervinden omdat hier de oversteek reeds aangelegd werd samen met de aanleg van de fietstunnel onder het station van Ekeren.

    Van zodra de werken zullen starten zal hierover naar de directe buurt geïnformeerd worden over de te verwachten hinder. Ook wordt deze informatie steeds op de website van het district aangekondigd.

     

     

  • Proficiat Del Rey!

    (woordje ter gelegenheid van de verkoop van de 20 miljoenste diamant praline van chocolatier Del Rey – persbericht zie onderaan)

    Met de familie Proot, de drijvende krachten achter het merk Del Rey.

     

    Beste aanwezigen,

    Er zijn zo’n paar zaken die onlosmakelijk verbonden zijn met Antwerpen. Het Bolleke, de Velokes, de haven, Rubens, Antwerpse Handjes, de  Strangers, de kathedraal, den Beerschot en natuurlijk ook diamant.

    Er zijn ook een aantal Antwerpse handelszaken die een begrip zijn in de stad en ver daar buiten. Ze blinken uit in hun vakgebied, zijn  uniek in hun aanbod en uitstraling.

    Del Rey is daar 1 van.

    Dit soort zaken moeten we koesteren, en zeker familiezaken – want ook dat is een kenmerk van Del Rey.

    Dat we hier nu te gast zijn in deze salons heeft een goede aanleiding: de verkoop van 20 miljoen chocolade diamanten, 15 miljoen alleen al in Japan.

    Fenomenaal, en ik wil de familie Proot hiervoor feliciteren en danken.

    Feliciteren met hun zakelijk instinct en hun schitterende product. Een product dat letterlijk naar meer smaakt. Zo meteen zal u horen dat de productlijn nog uitgebreider wordt.

    Ik ben ook dankbaar. Dankbaar omdat Del Rey de naam van onze koekenstad wereldwijd op de kaart zet.

    De beste reclame is mond aan mondreclame, wél dit is mond aan mondreclame in de meest letterlijke betekenis van de uitdrukking.

    Ik hoor ook dat de opvolging al klaar staat, en dat is geweldig nieuws.

    Daar doet u mij, en met mij zovele klanten, een groot plezier mee.

    Dank!

    PERSBERICHT

    Chocolatier DelReY maakt  20 miljoenste diamant praline


    Op dinsdag 28 februari om 13u heeft zal chocolatier DelReY in aanwezigheid van schepen van middenstand van de stad Antwerpen Koen Kennis de 20 miljoenste diamant praline vervaardigd.

    Nadat DelReY Japan veroverde met zijn diamant pralines, zijn ze ervan overtuigd dat ook de Antwerpenaar “zot” zal zijn van hun nieuwe diamant pralines.

    Big in Japan

    DelReY verkoopt 900.000 diamant pralines per jaar in Japan, het merendeel daarvan tijdens de Valentijnsperiode. Ze hebben 2 winkels in uptown Tokio, maar tijdens de Valentijnsperiode komen daar 75 pop ups bovenop verspreid over heel Japan. Dat is DelReY in Japan in cijfers. Maar de anekdotes die Bernard Proot weet te vertellen over Japan spreken nog veel meer tot de verbeelding.  “Op een gebouw in Tokio hing plots een banner van 6 verdiepingen hoog waarop een model onze diamanten aanprees. En het was niet eens onze banner maar reclame voor de Chocolat Promenade in de Valentijnsperiode.” De Japanners zijn echt gek op de DelReY diamantjes en de chocolatiers genieten er een sterrenstatus. Als Bernard of zijn zoon Jan de filialen in Japan bezoekt in de periode van Valentijn, wordt er een grote foto van hen in de etalage gezet met het tijdstip erop dat zij aanwezig zullen zijn. Dan staan de mensen in een lange wachtrij aan te schuiven om hun doosje diamant pralines te kopen, te laten handtekenen en een foto met één van hen te nemen.
    Het succesrecept

    Wat is het geheim van het succes van DelReY in Japan? Japanners zijn dol op Belgische chocolade en houden van kwalitatieve luxe. Dat DelReY een zeer hoogstaande kwaliteit van pralines aanbiedt in de vorm van een diamant, wellicht wereldwijd hét opperste symbool van luxe,  is voor hen het summum. Toch is dit eerder een ‘toevalstreffer’ geweest, want de vorm, de diamant, werd niet speciaal voor de Japanse markt ontwikkeld. Die diamantvorm heeft Bernard Proot bedacht in 2003, de smaken werden op punt gezet door chef Gunther van Essche. Bernard en zijn echtgenote Anne Seutin, die verantwoordelijk is voor de verkoop, vonden dat die vorm van praline niet kon ontbreken in het ruime praline assortiment van DelReY omdat de winkel en het atelier sinds het ontstaan van DelReY midden in de diamantwijk van Antwerpen gevestigd zijn. “Toen de diamant pralines een jaar later geïntroduceerd werden via onze eerste winkel in Japan bleek het daar meteen een schot in de roos. Daarop hebben we gretig ingespeeld met aangepaste verpakkingen en smaken voor de Japanse markt met het huidige succes tot gevolg. Doorheen de jaren hebben we heel wat smaken ontwikkeld voor de Japanse markt want daar verkopen we elk jaar 4 andere smaken dan het jaar ervoor.”

    Diamantstad Antwerpen

    Vorig jaar besloot Bernard om een selectie te maken uit die succesvolle recepten van de verschillende diamant pralines die ze ooit hadden ontwikkeld voor Japan. Die uitgebreide Diamant Collectie werd door Anne voorzien van een aangepaste luxeverpakking in diamant vorm en gelanceerd in hun thuisbasis, diamantstad bij uitstek! Dit viel meteen in de smaak bij vele diamantbedrijven in de buurt en zo komt het dat de 20 miljoenste diamant praline hier in Antwerpen zal gemaakt en geconsumeerd worden! Na de gekte in Japan, hoopt DelReY de Antwerpenaar even zot te krijgen van hun diamantjes.

    Zot van A

    Of de liefde wederzijds is,  zal blijken, maar dat de familie Proot, de zaakvoerders van DelReY “zot zijn van Antwerpen”, dat staat vast. Toen zich jaren geleden een schaalvergroting opdrong van het atelier en de winkel, had het wellicht makkelijker geweest om buiten het centrum een grotere locatie te kopen, maar Bernard en Anne verkozen om te blijven waar DelReY ontstaan is en geduld te oefenen tot ze daar konden uitbreiden. DelReY is een monument en dat moet daar blijven, vinden ze. En ook met de toekomst van dat monument lijkt het snor te zitten, want inmiddels worden zoon Jan en dochter Julie klaargestoomd voor de opvolging. Jan heeft zijn vakkennis inmiddels meer dan bewezen en is sinds 2018, net als zijn vader, lid van Relais Desserts, het selecte clubje van de honderd beste patissiers ter wereld. Jan neemt de operationele leiding voor zijn rekening, Julie en mama Anne Seutin zorgen voor het vermarkten van de producten en papa Bernard overschouwt het geheel.  De fans kunnen op hun 2 oren slapen: DelReY is future proof!

    ‘Als Antwerpse schepen voor middenstand en toerisme kan ik alleen maar trots zijn op zulke succesverhalen’, klinkt het uit de mond van Koen Kennis. ‘DelRey is een geweldige ambassadeur voor Antwerpen, en voor wat onze stad bekend maakt. Dat het bovendien om een familiebedrijf gaat en de opvolging klaar staat, maakt het verhaal extra waardevol. Kwaliteit drijft altijd boven.’

  • Een beetje ernst, graag

    (opiniestuk in reactie op een op 25 februari 2023 verschenen bijdrage in Gazet van Antwerpen onder de titel ‘De échte subsidieslurper is opgestaan’)

    —–

    In de bijdrage van Jan Stassijns in Gazet van Antwerpen op zaterdag 25 februari 2023  ‘De echte subsidieslurper is opgestaan’ worden de Vlaamse middelen die de stad Antwerpen ontvangt op een karikaturale manier uit hun context gelicht.

    Stassijn zet dat bedrag – in totaal iets meer dan 1 miljard, o.a. uit het Gemeentefonds – af tegen de eerder door het stadsbestuur geschrapte projectsubsidies voor kunstenaars.

    Hij verwijst daarmee naar de laatste aanpassingen van het laatste meerjarenplan, waarbij culturele projectsubsidies geschrapt werden. Stassijns schrijft: ‘De stad stond voor een uitdagende besparingsoefening en kon zo jaarlijks 720.000 aan uitgaven elders aan besteden.’

    Ik moet hem al meteen op een essentieel punt corrigeren: die 720.000 euro aan uitgaven werden nergens anders aan besteed. Hetzelfde geldt voor de 70 miljoen andere euro’s die in die oefening opgenomen werden. Anders zou het geen besparing zijn.

    Een beetje ernst mag je toch wel verwachten van de krant als het over de verdeling van middelen gaat die alle inwoners van deze stad rechtstreeks ten goede komen. Want dat is finaal waar die Vlaamse middelen die Antwerpen ontvangt aan besteed worden.

    Het stuk van Stassijns sluit aan bij een aantal commentaren die deze week lieten uitschijnen alsof Antwerpen een hold up op Vlaamse middelen pleegt.

    De verdeling van die middelen – o.a. van het Gemeentefonds – gebeuren op basis van reële noden van lokale overheden, en worden verdeeld volgens objectieve parameters.

    Dat gaat uiteraard over aantallen inwoners, maar net zo goed over het profiel van die inwoners en de specifieke diensten die daarvoor nodig zijn. Wat is de werkloosheidsgraad, de scholingsgraad, de graad van kansarmoede in de stad, het aantal leefloners en de aanwezigheid van sociale huurappartementen? Wat is het gemiddelde belastbaar inkomen van de bewoners, het gemiddelde kadastraal inkomen?

    Al die zaken hebben een enorme invloed op de dienstverlening die een lokale overheid moet verstrekken, vraag maar aan onze loketmedewerkers, onderwijzers, ons verplegend personeel. In 2019 ontving Antwerpen 5 keer meer asielzoekers, erkende vluchtelingen en subsidiaire beschermden dan Gent, vorig jaar nog was er de toevloed van Oekraïense vluchtelingen. De grootste concentratie vind je in Vlaanderen bij ons. Goed dat Vlaanderen Antwerpen ook daarin ondersteunt.

    Er is zoiets als de notie ‘centrumstad’: de stad Antwerpen trekt de hele regio mee op het vlak van onderwijs, cultuur, sport, zorg en werk.  Het Gemeentefonds houdt ook daar rekening mee.

    Antwerpen krijgt van Vlaanderen, net als alle andere steden en gemeenten, wat het decretaal toekomt, niets meer, niets minder. Al die middelen worden generiek ingezet voor alle noden die leven in onze stad. Dat het stadsbestuur daarin prioriteiten legt, kan moeilijk als verwijt gebruikt worden.

    Dat de journalist daar een cultuurstrijd van maakt en meegaat in een discours dat kunstenaars een uitzonderingspositie toekent in verhouding tot andere burgers is voor zijn rekening. De gewone Antwerpenaar weet wel beter. 

    Op 1 punt geef ik Jan Stassijns gelijk: het bedrag dat aan Antwerpen overgemaakt wordt volstaat niet. De uitdagingen die we tegemoet gaan, worden immers alleen maar groter. Dit stadsbestuur zal dan ook in de toekomst blijven opkomen voor een welvarende en leefbare stad, voor àlle Antwerpenaren.

  • Schoolstraat als proefproject in Grotebeerstraat en Van Steenlandstraat

    (persbericht)

     

    De Bervoetstraat als schoolstraat (foto: Frederik Beyens).

    De Grotebeerstraat in Zurenborg en de Van Steenlandstraat in Deurne-Zuid worden als proefproject een schoolstraat, vanaf respectievelijk half maart en half april. Het doel is om de verkeersveiligheid aan de aanwezige scholen te verhogen.

    Bij een schoolstraat sluit een gemachtigd opzichter of vrijwilliger bij het begin en einde van de schooldag een (deel van de) straat een tijdlang af. Voetgangers, steppers en fietsers kunnen dat gedeelte nog wel in, maar gemotoriseerd verkeer wordt geweerd.

    Twee proefprojecten schoolstraten voor basisscholen

    De Grotebeerstraat in Zurenborg heeft eenrichtingsverkeer. Ze wordt vanaf 13 maart afgesloten aan haar begin, ter hoogte van de Arendstraat. De schoolstraat loopt tot aan de Kleinebeerstraat. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 7.55 tot 8.30 uur en van 15.10 tot 15.40 uur. Op woensdag tussen 7.55 en 8.30 uur en tussen 11.55 en 12.25 uur.

    Een stuk van het Deurnese deel van de Van Steenlandstraat wordt vanaf 17 april afgesloten, tussen de Herrystraat en de Van Lissumstraat. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 8.15 tot 8.35 uur en van 15.30 tot 16.00 uur. Op woensdag tussen 8.15 en 8.35 uur en tussen 12.05 en 12.25 uur.

    Met deze ingrepen willen de stad en de districten Antwerpen, Deurne en Borgerhout de verkeersveiligheid aan de basisscholen De Brug en De Linde verbeteren. Het gaat om proefprojecten van minimaal zes maanden, die nadien geëvalueerd zullen worden. Dan wordt beslist om de ingrepen permanent te maken, eventueel bij te sturen of stop te zetten.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “De ervaring leert ons dat bijna elke aangevraagde schoolstraat zijn weg vindt naar een definitieve schoolstraat. Onze stadsdiensten staan in elk geval klaar om de geïnteresseerde scholen te begeleiden.”