Tag: Fietsroute

  • Schetsontwerp Spoorpark goedgekeurd

    Op Borgerhout TV gaf ik in september 2020 reeds tekst en uitleg over de fiets- en wandelverbinding door het Spoorpark, over de Plantin en Moretuslei heen.
    Op Borgerhout TV gaf ik in september 2020 reeds tekst en uitleg over de fiets- en wandelverbinding door het Spoorpark, over de Plantin en Moretuslei heen.

    (persbericht)

    Het college keurde het schetsontwerp van het Spoorpark goed. Het schetsontwerp laat een eerste beeld zien van de publieke ruimte, die wordt opgedeeld in 5 zones met aandacht voor groen, de geschiedenis van de site, voetgangers en fietsers en zichten op de stad. Ook het stedenbouwkundige kader voor de vastgoedontwikkeling aan de randen is goedgekeurd. Er werd daarbij gekeken naar de aanwezige gebouwen en hoe die ontwikkeld kunnen worden om het Spoorpark te verankeren in de omgeving: de dienstwoning en tramloods, de Brosselloods, het stationsgebouw en het sportcomplex Plantin Moretus. Een definitief ontwerp van de publieke ruimte wordt tegen begin 2022 verwacht.

    Het toekomstige Spoorpark ligt op en parallel aan de verhoogde spoorweg tussen de Draakplaats in Antwerpen en het Luitenant Naeyaertplein in Borgerhout. Het Spoorpark bevindt zich deels op de begane grond en deels op hoogte, onder andere op de brug over de Plantin en Moretuslei, en zal op verschillende plekken hoog en laag met elkaar verbinden. Op dit moment is een deel van het projectgebied in gebruik door Infrabel voor spooractiviteiten en dus niet toegankelijk. Het schetsontwerp van het Spoorpark wil 2 buurten op een groene manier met elkaar verbinden, authentieke spoorobjecten zoals de treinsporen in de verf zetten, een wandel- en fietspad op buurtniveau realiseren en de bijzondere zichten op de stad benadrukken.

    Schepen voor stadsontwikkeling Annick De Ridder: “Met dit schetsontwerp willen we een bijzonder park in een van de meest dichtbebouwde wijken van de stad creëren. We verbinden de Draakplaats over de Plantin en Moretuslei met het Luitenant Naeyaertplein via een groene corridor, waarin we groen en water combineren met erfgoed en authenticiteit. Door de specifieke ligging van het oude station Oost willen we hier een uniek horizonpark aanleggen met bijzondere zichten op de stad.”

    Het schetsontwerp deelt de publieke ruimte op in 5 zones:

    • Van de Draakplaats tot de watertorens
      Aan de Draakplaats start de ‘Omheining der Statie van Borgerhout’, een kasseihelling met tramspoor. Het ontwerp maakt deze toegang groener door beplanting langs de gevel van de tramloods en de spoorbogen, en voegt in de kasseihelling een comfortstrook van 3,5 meter toe voor fietsers, buggy’s of iemand die moeilijk ter been is.
    • De buik van het park, van de watertorens tot de brug
      De buik is de grootste en breedste zone in het park. Deze plek wordt zo groen mogelijk. De beeldbepalende spoorobjecten zoals de treinsporen en een deel van de Brosselloods blijven bewaard. De beplanting wordt gekozen in functie van het hoger gelegen terrein, dat droog en zongeoriënteerd is. De enige nieuwe verharding wordt het hoofdpad van 3,5 meter breed. Rond de Brosselloods komen zon-, rust- en speelplekken in halfverharding en lage grassen. Aan de grens met de private tuinen van de Tweelingenstraat en het spoordomein met actieve sporen komt er hoger en ruiger groen als buffer.
    • De brug over de Plantin en Moretuslei
      De huidige perrons worden niet meer gebruikt en de sporen tussen perrons 1 en 2 zijn verdwenen. De perrons worden in het schetsontwerp behouden. Het hoofdpad loopt voort op perron 1. Op perron 2 komt er zitgelegenheid. Tussen beide perrons komt lage en dichte beplanting met houten paden erover om de beplanting te beschermen. Het schetsontwerp stelt ook voor om de perronluifels te behouden, als overdekte open ruimte. Er zal echter nog verder onderzoek gebeuren naar de technische en financiële haalbaarheid van de renovatie van de luifels. Op de brug over de Plantin en Moretuslei is een nieuwe borstwering nodig voor de veiligheid. Het schetsontwerp stelt een stijlvolle borstwering voor, om van de brug een toegangspoort over de Plantin en Moretuslei te maken. Dit wordt in de volgende ontwerpfases nog verder onderzocht.
    • De kop van de Plantin en Moretuslei aan de zijde station Antwerpen-Oost
      De kop van de Plantin en Moretuslei vormt een toegang tot het Spoorpark. Het ontwerp wil samenhang creëren en zorgen dat het park al te voelen en te zien is van op de Plantin en Moretuslei. Het plein voor het stationsgebouw wordt zoveel mogelijk onthard en vergroend, met bomen in volle grond. Als toegang tot het hogere gedeelte van het park, op de brug, stelt het ontwerp een pad tegen de groene helling voor. De bestaande tunnel onder de sporen en trap naar perron 1 kan dienen als extra toegang tot het park, met de sociale veiligheid als belangrijk aandachtspunt.
    • De zone zwembad en sporthal, van de Plantin en Moretuslei tot het Luitenant Naeyaertplein
      In deze zone is er op dit moment een smalle strook groen op hoogte, op de spoorberm, en een smalle strook openbaar domein op de begane grond, met ertussen een ruige, groene berm. Hier is de ambitie om het Spoorpark op 2 hoogtes goed met elkaar te verbinden. De strook op de spoorberm is net breed genoeg om het hoofdpad door te trekken tot aan het Luitenant Naeyaertplein. Er komen 2 trappen die het hoofdpad verbinden met het deel op de begane grond: een trap aan de kop van de Plantin en Moretuslei en een trap aan het Luitenant Naeyaertplein in het verlengde van de Engelselei. Ook komt er een helling tussen het hoger en het lager gedeelte van het park, net zoals aan de Zurenborg-kant van het Spoorpark. De ambitie is om de verbinding en de publieke ruimte op de begane grond veilig en aantrekkelijk te maken.
    Het groen gearceerde deel is wat het Spoorpark zal komen.
    Het groen aangeduide deel is wat het Spoorpark zal komen.

    Schepen voor mobiliteit Koen Kennis: “De aanleg van het Spoorpark biedt ons de kans om de eerste conflictloze oversteek van de Plantin en Moretuslei te creëren. In de toekomst zullen fietsers en voetgangers van Zurenborg naar Borgerhout geraken zonder een kruispunt te dwarsen.”

    Voor de publieke ruimte van het Spoorpark tussen de Draakplaats en het Luitenant Naeyaertplein moet het ontwerpteam een ontwerp maken tot en met de uitvoering van de eerste uitvoeringsfase. Die eerste fase houdt het openbaar domein langs de spoorlijn in. Een definitief ontwerp van de publieke ruimte wordt tegen begin 2022 verwacht.

    Stedenbouwkundig kader voor de bebouwing

    Ook het stedenbouwkundige kader is klaar. Dat bakent de ruimtelijke mogelijkheden voor bebouwing en dus ook de contour van de publieke ruimte van het Spoorpark af. In de volgende fase zal per gebouw een traject op maat uitgewerkt worden, om een geschikte invulling voor elk gebouw te vinden:

    • Dienstwoning en tramloods
      Voor de dienstwoning en de tramloods aan de Draakplaats zal een nieuwe invulling gezocht worden. Het gebouw valt binnen het beschermd stadsgezicht en de herbestemming moet in overleg met het Agentschap Onroerend Erfgoed gebeuren. De akoestiek in de loods is een belangrijk aandachtspunt, om de overlast naar de buren van de Dolfijn- en Tweelingenstraat te beperken.
    • Brosselloods
      In het schetsontwerp is de Brosselloods een centrale plek in het Spoorpark. Het voorstel is om de loods deels af te breken en deels te behouden. Voor de nieuwe invulling wordt gedacht aan buurtgerichte functies.
    • Stationsgebouw
      Het stedenbouwkundige kader ziet potentieel in een toekomstige ontwikkeling op de plek van het vroegere stationsgebouw Antwerpen-Oost. Momenteel ligt de focus op een tijdelijke invulling. Ook de mogelijkheid van een groendak wordt onderzocht.
    • Sportcomplex Plantin Moretus
      Er wordt onderzocht hoe het sportcomplex kan aangepast worden zodat er een eenheid ontstaat met het park, door bijvoorbeeld de gevels open te werken. Die pistes worden verder bekeken.

    Inspraak

    Tijdens de schetsontwerpfase is er veel aandacht besteed aan inspraak met de buurt. Van oktober 2020 tot mei 2021 zijn 3 online bevragingen georganiseerd, wandelingen met het ontwerpteam over het terrein van het toekomstige Spoorpark en focusgesprekken met specifieke betrokken partijen zoals buurtbewoners van wie de woning grenst aan het Spoorpark. Ook tijdens de volgende fases van het ontwerpproces blijft de buurt betrokken.

    Meer info

    AG Vespa, het autonoom gemeentebedrijf voor vastgoed en stadsprojecten Antwerpen, coördineert het Spoorpark met Infrabel en Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) als belangrijke partners. Het ontwerpteam is STRAMIEN architectuur & ruimte cv i.s.m. ZUS [Zones Urbaines Sensibles] en RE-ST bvba. Het project wordt mee mogelijk gemaakt door het Vlaamse Stadsvernieuwingsfonds.

  • Stad presenteert effecten verhoogde groene berm langs Ringfietspad

    In beeld: de bermen langs het fietspad dat onder de Stenenbrug loopt.
    In beeld: de bermen langs het fietspad dat onder de Stenenbrug loopt.

    (persbericht)

     

    Het Ringfietspad, een van de drukste routes voor fietsers rond de stad Antwerpen, is van aan de Stenenbrug tot de Luitenant Lippenslaan vernieuwd en onder de Stenenbrug doorgetrokken. Tegelijk werden op die strook over 600 meter bermen en geluidsschermen aangelegd als onderdeel van de leefbaarheidsmaatregelen langs de Ring. De stad maakte samen met experten op het vlak van geluidsreductie, groenbeheer en ecologie een analyse van de winsten die deze bermen opleveren. Wat betreft geluidsreductie is er vooral lokaal winst. Verder bleek het hergebruik van eerder afgegraven ecologisch waardevol grasland langs de Ring een succes: de eerder aanwezige plantensoorten komen terug en er zijn zelfs nieuwe soorten. De resultaten van dit onderzoek worden meegenomen in de geplande leefbaarheidsprojecten in de Ringzone.

    Bij de heraanleg van het Ringfietspad tussen 2018 en 2019 legde de stad tegelijk verhoogde bermen en steenkorven (geluidsschermen bestaande uit metalen vlechtwerk gevuld met stenen) aan langs het fietspad tussen de Stenenbrug en de Luitenant Lippenslaan. De stad liet experten, zowel voor als na de aanleg, verschillende metingen en analyses uitvoeren om uit te zoeken welke impact de bermen en schermen hebben op geluidsoverlast voor de omgeving en in verband met het hergebruik van het eerder afgegraven ecologisch waardevolle grasland. Ondertussen zijn de werken iets meer dan een jaar geleden afgerond en presenteert de stad samen met de experten ecologie, groenbeheer, luchtkwaliteit en geluid de verkregen inzichten.

    Het effect van de berm op het geluid

    Zowel voor als na de aanleg van de berm en het fietspad heeft de Universiteit van Gent (UGent) op drie gelijke vaste punten geluidsmetingen gedaan, naast mobiele geluidsmetingen langs het fietspad en in de achterliggende wijk. UGent bevroeg ook fietsers en voetgangers over hoe zij deze plek ervaren. In totaal hebben er een kleine 200 mensen deelgenomen aan beide bevragingen.

    De onderzoekers concluderen dat de nieuwe berm langs de Ring een merkbare, positieve invloed heeft op het vlak van geluid voor de fietsers en wandelaars op het Ringfietspad en de huizen vlak langs de Ring. Zij ervaren het geluid als minder onaangenaam dan voordien. Doordat deze eerste huizen fungeren als een scherm en door de aanwezigheid van vele andere geluidsbronnen is het effect naar de achterliggende wijken moeilijker meetbaar.

    Hieronder enkele concrete cijfers uit alle uitgevoerde metingen:

    • Het geluid gemeten ter hoogte van de vangrail vlak naast de snelweg is zowel voor als na de aanleg zo goed als gelijk (±83 dBA).
    • Op het meetpunt ter hoogte van de eerste woningen is de geluidsblootstelling met 6 dBA gedaald op 3m hoogte.
    • Ter hoogte van de splitsing naar de onderdoorgang, daar waar er een dubbele berm staat, is er een daling van meer dan 10 dBA op het fietspad, gemeten op oorhoogte.
    • Ter hoogte van de dienstdoorgang, aan de kant van de Luitentant Lippenslaan, is er een daling van slechts 4 dBA op het fietspad. Dit is dan ook de laagste verbetering die werd opgemeten.
    • Naast het fietspad onder de brug is het effect van de steenkorven relatief laag door praktische beperkingen. De ontwerpers bekijken ze hoe deze, en toekomstige doorgangen, kunnen verbeteren om ook hier een beter resultaat te bekomen.
    • De gebruikers ervaren een matige verbetering van de geluidservaring op het Ringfietspad. Het aantal deelnemers aan de enquête die de ring als zeer of extreem luid ervaren, is gehalveerd. Twee derde van de bevraagde mensen kenden de situatie uit 2017 en gaven aan de nieuwe aanleg als veel aangenamer en verkeersveiliger te ervaren.

    Prof. Dr. ir. Timothy Van Renterghem “De verlaagde ligging van de huidige snelweg en de oorspronkelijk berm zorgden reeds voor een stevige reductie van de geluidsniveaus. Dan is het vaak moeilijk om hier bovenop nog sterke winsten te halen. Toch worden lokaal mooie reducties in de blootstelling gemeten, wat bewijst dat bermen een deel van de oplossing zijn.”

    Alexander D’Hooge: “Deze inzichten op vlak van groenbeheer en geluid zijn van groot belang voor de ontwerpteams die vandaag de Ringparken aan het uittekenen zijn. Voor de Ringparken op rechteroever toont het aan dat de bermen een kostenefficiënte manier zijn om al op korte termijn de leefbaarheid in de Ringzone te verbeteren. Bovendien past de aanleg van de bermen in het langetermijnperspectief van latere overkappingen.”

    Koen Kennis, schepen voor mobiliteit: “De winstpunten van de heraanleg van het Ringfietspad aan de Stenenbrug op het vlak van gebruikscomfort en veiligheid zijn al langer duidelijk voor fietsers en wandelaars. Dankzij deze onderzoeksresultaten hebben we nu ook een kijk op de bonussen die de bermen en geluidsschermen opleveren voor de omwonenden. Dat zijn ervaringen die we meenemen voor de verdere ontwikkeling van de Ringparken.”

     Groenbeheer op en langs de berm

    De bermaanleg aan de Stenenbrug leverde ook inzichten op ecologisch vlak op. Voor de werken aan het Ringfietspad werd het ecologisch waardevolle grasland op de berm, de zogenoemde leeflaag, zorgvuldig afgegraven en gestockeerd. Deze leeflaag werd daarna succesvol op de nieuwe groene bermen geplaatst, met extra aandacht voor de aanwezige zaden. Vandaag zien de experten duidelijk dat de plantensoorten die origineel aanwezig zijn terugkomen en er zelfs nieuwe soorten zijn bijgekomen. Dit wil zeggen dat het gras en de zaden de stockage goed hebben doorstaan. Dit biedt belangrijke inzichten voor andere zones langs de Ring waar er ecologisch waardevolle graslanden zijn. Ook de komende jaren blijven de experten het grasland bestuderen om zo de effecten op langere termijn te kunnen beoordelen.

    Daarnaast zijn er in totaal een goede 5000 nieuwe boompjes en 5000 heesters aangeplant op de nieuwe bermen. Enkel op de steile, gewapende bermen was dat niet mogelijk en wordt er gekeken naar mogelijke alternatieven. Ook het maaien van de steile bermen zorgt voor een nog te overwinnen uitdaging. De nieuw aangeplante heesters doen het goed en kennen een normale uitval. Helaas is het met de nieuwe boompjes minder goed gesteld. Een derde van de boompjes heeft de warme zomer van 2020 niet overleefd. Vooral de aangeplante kastanje en ruwe berk kregen het zeer moeilijk. De groenexperten binnen de stad bekijken ondertussen welke inheemse soorten beter bestand zijn tegen de klimaatuitdagingen van de toekomst. Ook de vorm van de berm zelf kan hierin een belangrijke rol spelen.

    Eens het nieuwe aangeplante groen volgroeid is, zal het ook een positief effect hebben op de luchtkwaliteit.