De Nederlandse minister Sigrid Kaag, met in haar kielzog een delegatie van enkele tientallen ondernemers, bezocht dinsdagmiddag Antwerpen, waar ik haar mocht verwelkomen in the Beacon aan de Sint Pietersvliet.
Dit innovatiecentrum, waar knappe koppen slimme oplossingen zoeken voor de mobiliteits- en leefbaarheidsproblemen, bleek de ideale plaats om met mevrouw Kaag af te spreken. Die problematiek houdt zich immers niet aan grenzen, en samenwerking is dan ook aangewezen.
De rondleiding langs de start ups die in het gebouw actief zijn, en waar nu al vaak over de grens heen samengewerkt wordt, bleek alvast een uitstekende gelegenheid om visitekaartjes uit te wisselen.
Het bezoek van minister Kaag getuigde trouwens van een perfecte timing. Ik kreeg ruim de gelegenheid om haar de geplande infrastructuurwerken die in en rond Antwerpen op stapel staan toe te lichten. Die zijn ook voor onze Noorderburen van groot belang.
In het rondetafelgesprek dat de delegaties met elkaar voerden, kwam de nood aan samenwerking nog duidelijker tot uiting. In een wereld die steeds kleiner lijkt te worden, maar de uitdagingen steeds groter, kunnen Vlaanderen en Nederland maar beter de handen in elkaar slaan om expertise op te bouwen.
Ik onthield de uitspraak van Sigrid Kaag dat we ‘Nederlandse en Vlaamse start ups met elkaar moeten verbinden, zodat ze later internationaal kunnen doorgroeien.’
De minister verwees daarbij naar landen in Zuidoost-Azië, waar ze met soortgelijke mobiliteits- en leefbaarheidsproblemen worstelen als wij hier in Rotterdam en Antwerpen, maar vaak op een zoveel grotere schaal. Onrechtstreeks bevestigde ze hiermee het Antwerpse beleid om de stad uit te bouwen als een living lab, een testterrein voor nieuwe, innovatieve, slimme oplossingen. ‘Oplossingen die ook betaalbaar moeten zijn’, voegde ze er aan toe.
In mijn verwelkoming verwees ik naar het belangrijke gemeenschappelijk verleden van Vlaanderen met Nederland, iets wat zéker voor Antwerpen geldt.
We hebben elke dag veel met elkaar te maken, en na vandaag ben ik er meer dan ooit van overtuigd dat we ook een mooie gezamenlijke toekomst hebben.