(geredigeerde tekst van mijn toespraak bij de opening van de P+R Linkeroever, in aanwezigheid van mevrouw Lydia Peeters, minister van mobiliteit)
Sta mij toe om in eerste instantie alle mensen die hieraan meegewerkt hebben te bedanken. Ik wil daarbij beginnen in 2015, bij het opmaken van het mobiliteitsplan van de stad Antwerpen, waarin we Park and Rides rond de stad Antwerpen al neergezet hebben als 1 van de belangrijke elementen. De mensen die er toen al bij waren, en ook alle mensen die achteraf mee gebouwd hebben, zorgden er mee voor dat we nu staan waar we vandaag staan, met P+R’s in Merksem, op de Luchtbal en nu op Linkeroever.
Dames en heren, ik nodig u uit om straks ook eens naar de bovenste verdieping te gaan en rond te kijken, want dit is wellicht de spectaculairste van de 3 P+R’s.
Spectaculair niet alleen in omvang en afwerking, ook omwille van het geweldige uitzicht en de metamorfose die ruime omgeving heeft doorgemaakt … Probeer u voor te stellen hoe het vroeger was, en wat u nu ziet. Indrukwekkend!
Ik wil dat illustreren aan de hand van een quote van iemand die wanneer we hier enkele maanden geleden op werfbezoek waren, die toen zei: ‘Wow, als ik dit zie, dan wordt Antwerpen volwassen, en dan kon dit net zo goed Berlijn of Londen zijn.’ Ik denk dat we best fier mogen zijn op wat hier vandaag staat.
U weet dat een P+R realiseren zoals die hier staat, vandaag in Vlaanderen geen sinecure is. En wanneer we hier staan dan kunnen we nu allemaal zeggen hoe fantastisch het resultaat is. Maar we moeten ook durven kijken naar hoe dit tot stand gekomen is, en welke lessen we hieruit kunnen leren. Waar zijn we uiteindelijk beland, en wat kunnen we misschien in de toekomst beter aanpakken?
In 2015 stond het idee van P+R’s rond A’pen die open, luchtig, veilig, aangenaam moesten zijn reeds in het mobiliteitsplan van de stad Antwerpen, een mobiliteitsplan opgesteld met alle aanwezige mobiliteitspartners, conform het toenmalige mobiliteitsdecreet.
Daar stonden trouwens niet enkel de drie plekken waar we nu gebouwd hebben in, daar stonden nog meer plekken in vermeld. Ik wil maar enkele ideetjes opperen; daar stond ook Wommelgem in, of Ranst. Ik denk dat het belangrijk dat we ook daar nakijken hoe we daar de P+R-capaciteit kunnen opvoeren en die modal shift een impuls te geven. Mevrouw de minister, u komt vaak vanuit die richting, hoe leuk zou het niet zijn moest u daar uw voertuig kunnen stallen en met de tram tot op de plek van het te knippen lintje rijden? Boechout, die P+R staat regelmatig bomvol, misschien geen 5 of 6 verdiepingen, maar ook daar hebben we extra capaciteit nodig. Ter hoogte van de A12 en de E19 Boom / Edegem, dat staat trouwens ook in ons Routeplan 2030 mee opgenomen, het zou mooi zijn om mensen die van Brussel komen ook te kunnen opvangen in kwaliteitsvolle P+R’s.
Maar dat zijn allemaal ideeën die in een plan staan, en een plan dat is het begin, maar daarna begint het proces van het realiseren. En ik was bijzonder teleurgesteld wanneer wij met dit plan voor P+R’s naar de verschillende partners gingen – en dan zie je hoe moeilijk soms die ‘verkokering’ in Vlaanderen is.
Toen wij naar De Lijn gingen, kregen we als antwoord ‘Onze opdracht is trams laten rijden, P+R’s bouwen hoort daar niet bij’. Dat hun klanten hier staan, dat speelde niet mee. Bij het Agentschap Wegen en Verkeer kregen we het antwoord ‘Ja maar, wij werken aan carpooling, niet aan P+R’s, overstappen op trams past niet bij ons.’
En dan sta je toch wel versteld, dat iedereen binnen zijn eigen koker werkt. Gelukkig konden we dan terecht bij Lantis. U zei het, mevrouw de minister, een bedrijf met een ‘can do’-mentaliteit. Wellicht was die mentaliteit er wellicht ook wel omdat we met het Toekomstverbond, met de burgerbewegingen, met Vlaanderen, met de stad, … stevige afspraken hadden gemaakt rond de modal shift, die ongelofelijk belangrijk is zoals u ook aanhaalde. En uiteindelijk heeft Lantis gebouwd.
In de voorbereiding van de bouw van de P+R’s 3 jaar geleden vraag je dan aan AWV of ze voor bewegwijzering konden zorgen op het moment dat die parkings zouden open gaan, of aan De Lijn, ‘Kunnen we geen combiticket realiseren, iets dat het mensen makkelijk maakt, zoals ook in het buitenland?’, en wat zie je dan? Dan zie je dat daar aarzelend wordt gereageerd, en dat vind ik jammer. Die intense samenwerking waar u ook naar verwees, mevrouw de minister, die is ongelofelijk belangrijk. Om die modal shift echt te doen slagen. En daar wil ik Lantis toch expliciet bedanken.
Ik wil Lantis bedanken want behalve met het bouwen van een ‘Oosterweel’ zijn zij toch ook bezig met een modal shift, bouwen zij inderdaad ook fietspaden, zorgen zij dat er hier nu P+R’s staan. Zonder Lantis zou hier geen P+R hebben gestaan, zouden er geen fietspaden liggen richting toekomstige Scheldebrug, geen ecoviaduct, ….
Wellicht moeten we, mevrouw de minister, en dat is een uitnodiging om toch eens mee over na te denken, moeten we eens gaan kijken, hoe kunnen we in het kader van die modal shift intenser gaan samenwerken. Ik refereer aan een voorstel dat ook vanuit uw partij ooit is gelanceerd: moeten we niet gaan naar een vervoerbedrijf waar we een aantal zaken kunnen samenbrengen? Of het nu gaat over sporen, wegen, P+R’s, fietspaden, bewegwijzering, … waar we alles in 1 project kunnen steken zodat we alles in 1 keer kunnen uitrollen?
In het licht van wat ook in ons bestuursakkoord van de stad Antwerpen staat, wil ik graag de suggestie doen om van Antwerpen de pilootregio te maken en dat uit te testen, en te zorgen dat die samenwerking veel hechter wordt.
Want, mevrouw de minister, zoals u zei, in Antwerpen zijn we al sterk bezig met de modal shift. Maar we zijn er nog niet. Dit is een opdracht deels ook buiten de stadsgrenzen ligt, in de rand. Daarvoor hebben we de inzet van alle belangrijke mobiliteitsspelers nodig, en moeten we al die Vlaamse administraties waar nodig liefst gebundeld in 1 verhaal kunnen vastpakken.
We hebben hier met Lantis een bedrijf met een ‘can do’-mentaliteit het heft in handen zou kunnen nemen. Het is een suggestie, een idee, maar wel een belangrijk idee. De modal shift in Antwerpen moét zich verder zetten.
Ik ben bijzonder blij, dat deze P+R een voorbeeld is dat door velen in de toekomst kan gevolgd worden. Vlaanderen heeft nood aan kortere lijnen, minder spelers, meer doeners, zoals Lantis. U mag erop rekenen: de stad zal samen met Vlaanderen, met alle spelers die eraan kunnen bijdragen, de schouders blijven zetten om die modal shift te realiseren.